De overtreffende trap van welkom zijn, is ergens thuis horen. Niet een stoel aan de tafel bijschuiven, maar samen een nieuwe tafel bouwen. Het is de metafoor die Noor Sloterdijk gebruikt als ze praat over het creëren van gelijkwaardigheid in de culturele sector, over hoe je gemeenschappen uit je omgeving die nu geen onderdeel uitmaken van je organisatie, daadwerkelijk betrekt. Een gedachte die raakt aan de kern van waar het bij diversiteit en inclusie daadwerkelijk om draait.
Sloterdijk is specialist Diversiteit & Inclusie bij LKCA, penvoerder van de Code D&I. Samen met haar collega Sakina Saouti, communicatieadviseur bij LKCA, helpt zij de museumsector bij het implementeren van de gedragscode. En dat vraagt om tijd en toewijding. Want ondanks dat het grootste deel van de musea de Code omarmt (uit de meest recente Museumcijfers blijkt dat 80% van de musea aangeeft de code te gebruiken), is de stap van theorie naar praktijk geen vanzelfsprekendheid. “Musea hebben de afgelopen jaren belangrijke stappen gezet”, begint Saouti. “Nu is het belangrijk om de code niet langer alleen projectmatig toe te passen, maar onderdeel te maken van de missie en visie van de organisatie.” Die omslag vraagt om een cultuurverandering die door alle lagen van de instelling heen moet sijpelen. “Je moet diversiteit, inclusie en gelijkwaardigheid echt in je visie en missie integreren”, benadrukt Sloterdijk. “Want die zijn de toetssteen voor alles wat je doet. Als je het tot de kern van je organisatie maakt, wordt het niet iets waar je je telkens voor moet verantwoorden, maar onderdeel van de dagelijkse gang van zaken.”