Ooit zaaiden kunstenaars sporen van paddenstoelen, die door het asfalt heen zouden breken. Nu is streetart in musea te zien, of moeten kunstenaars letterlijk ondergronds de tunnels in, omdat bovengronds dezelfde kleurige vrolijke streetart verschijnt.
Nee, zeiden een paar bewoners van de Bredase wijk Heusdenhout vorige maand. Niet nóg een muurschildering. Dat is een opvallend tegengeluid tussen alle optimistische graffiti-en-street-art-nieuwsberichten door. De keerzijde waar de Bredase bewoner naar verwijst, is onderdeel van de wat weggeëbde discussie over kunst als middel tegen verloedering en voor gentrificatie. Ook verschilt de stilistische uitvoering nauwelijks: street art wordt zó innig omarmd, dat het artistieke leven eruit geperst is.