Al het cultuurnieuws uit Brabant en de rest van Nederland op een rijtje. Wil je wekelijks een overzicht van deze Trends & Ontwikkelingen ontvangen per mail? Meld je dan aan voor onze Trends & Ontwikkelingen nieuwsbrief!
Trends & Ontwikkelingen
Alle artikelen
Cultuur is belangrijk in ’s-Hertogenbosch. Maar wat is nu de waarde van het Bossche cultuurbeleid cultureel gezien, sociaal en economisch? Dat heeft de gemeente ’s-Hertogenbosch nu in beeld over het jaar 2022 met de Impactmonitor Cultuur. De Monitor Impact Cultuur geeft lokaal inzicht in de impact van het cultuurbeleid van ’s-Hertogenbosch door gebruik te maken van de aanpak van de ‘Waarde van Cultuur’, andere informatiebronnen én met lokale voorbeelden.
Enkele cijfers : ’s-Hertogenbosch staat op de 5e plek in de ranglijst van de vijftig grootste Nederlandse gemeenten als het gaat om podiumkunsten. Meer dan een half miljoen bezoekers – van binnen en buiten de gemeente – bezochten in 2022 zo’n 2.500 voorstellingen, 80 tentoonstellingen en 600 producties. Zoals theater, muziek, dans, cabaret en beeldende kunst. Het gaat hen daarbij ook om het ontmoeten van andere mensen. Zoals bij bijvoorbeeld Theaterfestival Boulevard. En dit festival staat ook nog eens in de top drie van de beste theaterfestivals in Europa. Zo’n 377.000 Nederlanders brachten minimaal één toeristisch cultuurbezoek aan ’s-Hertogenbosch. In totaal gaven de cultuurtoeristen ongeveer €75 miljoen uit.
Waar voor de een cultuur vrije tijd is, maken anderen daar hun werk van. Zo’n 62% van de inwoners in ’s-Hertogenbosch is zelf creatief bezig. Alleen of in een groep. In 2022 studeerden 1.050 mbo’ers en 1.150 hbo’ers in die richting. Ook Huis73 steunt het onderwijs en de cultuurpartners in de gemeente. Zij voert de cultuur- en leesroute uit op bijna alle basisscholen en bereikt daarmee zo’n 9.000 van de 12.000 kinderen van groep 1 t/m groep 8.
Wethouder Mike van der Geld: “Het is mooi dat we nu een eerste beeld hebben van wat er allemaal al gebeurt in onze gemeente. Ik snap dat dit niet bij iedereen bekend is. Maar zo zie je dat cijfers ook een ander beeld geven. Ik ben trots op wat er allemaal al gebeurt. Maar er blijft ook werk aan de winkel. Ook om dat wat we al doen, nog beter voor het voetlicht te brengen. Deze monitor helpt daarbij. Maar dat kunnen we niet alleen. Cultuur is van ons allemaal. En ik weet zeker dat we met elkaar daar nog veel mooie stappen in kunnen maken.”
In 2022 kwamen er 43 aanvragen binnen van startende makers bij een Bosch cultuurfonds. 37 Aanvragen werden toegekend voor een totaalbedrag van €109.850. Ook waar het gaat om de toch al schaarse ruimte wil de gemeente startende makers plek bieden. Jaarlijks wordt er zo’n 16 miljoen euro reguliere gemeentelijke subsidie verstrekt aan cultuurinstellingen, inclusief amateurkunst en makers. Dat is iets meer dan in de jaren daarvoor omdat het huidige college meer geld heeft vrijgemaakt voor cultuur.
De investering van de provincie Noord-Brabant in TalentHub Brabant heeft een financieel vliegwieleffect. Die investering maakt de sterke basis voor het talentontwikkelprogramma mogelijk en daardoor komen de talenten en hubs ook weer makkelijker in aanmerking voor aanvullende middelen via rijksfondsen, gemeentefondsen en sponsoren. Door van alle zeven hubs van TalentHub Brabant en van alle talenten in kaart te brengen wat zij aan extra gelden hebben ontvangen in de periode 2020-2022 werd zichtbaar dat de subsidie van de provincie heeft geleid tot 126 procent extra middelen. Uit drie mooie voorbeelden van de talenthubs PLAN, Music Hub Brabant en Next blijkt dit.
29-01-2024,
Bron: Kunstloc Brabant
Het meerjarige Internationaal cultuurbeleid (ICB) is gebaseerd op de beleidsagenda’s van de minister van Buitenlandse Zaken (BZ), minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Minister Bruins Slot (BZ), minister Van Leeuwen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) en staatssecretaris Gräper- van Koolwijk (Cultuur en Media) bieden de Tweede Kamer het beleidskader voor het Internationaal Cultuurbeleid (ICB) 2025-2028 aan.
Het Schoenenkwartier wacht een spannend jaar. Groei is nodig om de ambities waar te maken. Rinske Jurgens, nu ruim een half jaar directeur, gelooft er heilig in dat het gaat lukken. Het museum heeft een enorme potentie, vindt ze. Het museum trok in 2023 bijna 26.000 mensen. Het streven was 30.000 bezoekers. Dat staat ook zo in de prestatie-afspraken met de gemeente Waalwijk. Eerder werd zelfs over 35.000 bezoekers gesproken. De financiële cijfers worden binnenkort bekend. Maar net als andere musea heeft ook het Schoenenkwartier last van sterk stijgende kosten. ,,Alles wordt duurder, ook voor ons.” Maar wat is de weg naar 30.000 bezoekers? Michel Koster van het Brabants Dagblad sprak met haar.
Jurgens hoopt in ieder geval op meer financiële armslag, voornamelijk voor de marketing. ,,We dienen subsidie-aanvragen in bij provincie en Rijk. Dat zou extra lucht in de exploitatie geven. Ook willen we meer bedrijven aan ons binden. Daar zit zeker nog rek in.” Het Schoenenkwartier wil niet enkel z'n collectie tonen, maar ook meer doen met de functie en identiteit van schoenen. ,,Waarom draagt iemand bepaalde schoenen, wat wil je uitstralen, het imago? Daar is zoveel mee te doen, en over te vertellen.” De kunst is om niet enkel nieuwe bezoekers te trekken, maar ze ook weer terug te laten keren. De wisselexposities spelen daarbij een grote rol. ,,We richten ons daarnaast nog meer op gezinnen", geeft Jurgens aan.
Volgens Jurgens mag het Schoenenkwartier zich best wat meer op de borst kloppen. Er zijn veel contacten met mode- en schoenopleidingen. Er zijn in het museum continue studenten en jonge talentvolle ontwerpers aan het werk. Toch valt dit niet meteen op als je het gebouw binnenstapt. De ontwerpers werken in aparte ruimtes, die niet direct in het oog springen. ,,Het mag wel iets zichtbaarder", beaamt Jurgens. ,,Daar kijken we naar. Binnenkort exposeren we werk van al dat talent.” De gemeente Waalwijk ziet het Schoenenkwartier als een belangrijke ontmoetingsplek in het centrum. Toch is het vaak nog rustig in de centrale hal. ,,We willen de loop er nog meer in krijgen", vertelt Jurgens. ,,Zo houden we bijvoorbeeld speciale workshops, clinics en take care-café, waarbij bezoekers zelf hun schoenen poetsen. Dat slaat aan, en brengt leven in de brouwerij.”
Het kost tijd om zo'n museum als het Schoenenkwartier op de kaart te zetten, stelt Jurgens. ,, Je kunt nu eenmaal niet alles in één keer doen. Dat gaat stap voor stap.” Het is volgens Jurgens belangrijk dat er meer mensen over de vloer komen. Met de opbrengst van de kaartverkoop (normale prijs 14,50 euro red), winkel en horeca kan het Schoenenkwartier extra dingen doen. ,,Dat levert uiteindelijk weer nieuwe bezoekers op.” Ze probeert nu op een creatieve wijze zoveel mogelijk mensen te bereiken, bijvoorbeeld door de aanwezigheid op de DDW. Jurgens is ervan overtuigd dat 30.000 bezoekers te halen zijn door het unieke van het museum.
Ze vindt dat in Waalwijk vaak kritisch naar het Schoenenkwartier wordt gekeken. ,,Je hebt juist alle reden om trots te zijn. Met hulp van zo'n 80 vrijwilligers staat er zoiets moois. Dat hoor je ook van bezoekers van buitenaf.” De gemeente Waalwijk investeerde zo’n 11 miljoen euro in het nieuwe museum. Er gaat jaarlijks zo'n 1,2 miljoen euro subsidie naar toe. ,,Mensen vergeten vaak dat de helft van dat geld terug gaat naar de gemeente, voor de huur van dit pand.”, zegt Jurgens.
29-01-2024,
Bron: Brabants Dagblad
Hekken met punten, antiwildplasinstallaties in hoeken, geluidskastjes waarvan de hoge tonen pijn doen aan (jonge) oren, bankjes met extra armleuningen zodat je er niet op kunt liggen: het is zijn voorbeelden van vijandige architectuur, een strategie in de stedenbouw die verschillende verschijningsvormen kent. Het doel is steeds hetzelfde: ongewenste personen weren. Zoals daklozen, hangjongeren en skaters. Architectuurhistoricus Charlotte Thomas maakte er foto’s van en plaatste die op Instagram. Daar ontdekte ze het (anonieme) account Dutch Hostile Architecture en de blog van architect en ‘public space detective’ Floor van Ditzhuyzen, die de (on)toegankelijkheid van de openbare ruimte in haar thuisstad Rotterdam onderzoekt. De gemeenten Rotterdam, Utrecht en Leiden willen af van deze strategie.
De toegenomen aandacht voor het onderwerp komt volgens Van Ditzhuyzen door de coronatijd. ‘Door lockdowns en de anderhalvemetersamenleving werden mensen zich ervan bewust wat het betekent om te worden beperkt in de publieke ruimte.’
Veel verbetering van het ‘verblijfsklimaat’ in het centrum impliceert dat de binnenstad een plek moet worden om te loungen en shoppen, om geld uit te geven. De straat als verlengstuk van de commerciële ruimte. Daklozen en hangjongeren passen niet in dat beeld. De strategie past ook in de door stadsonderzoeker René Boer beschreven ontwikkeling in ‘Smooth City’, 2023. Daarin schrijft hij over de wereldwijde concurrentiestrijd tussen steden om hoogopgeleide werknemers en toeristen aangaan door de centra te veranderen in tot leven gekomen artist’s impressions, met smetteloze straten, hippe cafés en blije mensen. Maar de ‘vergladding’ speelt breder, zegt Boer. Denk aan de opkomst van Photoshop, autotune, botox, bezorgdiensten en de smartphone met apps die ons leven optimaliseren en vergemakkelijken, en bijdragen aan de toegenomen controle in de openbare ruimte.
Het alternatief dat hij in zijn boek aandraagt, is de ‘poreuze stad’, een begrip dat de Duitse cultuurfilosoof Walter Benjamin (1892-1940) muntte naar aanleiding van een verblijf in Napels. Gechoqueerd als hij was door de chaos, ervoer hij tegelijkertijd ook de aantrekkelijke levendigheid van de Zuid-Italiaanse stad met zijn opengewerkte structuur van publieke binnentuinen, arcades en trappen. ‘Uiteindelijk is het de kunst om een balans te vinden tussen het geplande en het ongeplande’, zegt Boer.
Gelukkig kan het ook anders, Kristen Hannema schrijft in De Volkskrant dat er de afgelopen jaren ook uitgesproken vriendelijke plekken zijn ontworpen, zoals cultuurcomplex Forum Groningen en woongebouw Jonas in Amsterdam.
29-01-2024,
Bron: De Volkskrant
De grote steden in Nederland worden minder aantrekkelijk voor de creatieve industrie, zoals de kunsten, cultureel erfgoed, media, entertainment en creatieve zakelijke dienstverlening. Tot die conclusie komt netwerkorganisatie Media Perspectives. Grote steden als Amsterdam en Rotterdam tellen nog steeds de meeste banen in deze sector. Maar het tempo van de banenaanwas zwakt er wel duidelijk af. Elders in het land neemt de groei de laatste jaren juist toe.
“Het lijkt er op dat traditionele voordelen van grote steden voor de creatieve industrie nu deels ombuigen naar nadelen voor ondernemers in die sector”, constateren de onderzoekers. Ze wijzen onder meer op het tekort aan betaalbare woonruimte in de grootste steden en het ontbreken van geschikte huisvesting voor ondernemingen.
Volgens het rapport van Media Perspectives heeft de creatieve industrie in Nederland zich inmiddels goed hersteld van forse klappen die de sector tijdens de coronacrisis opliep. Verder valt de onderzoekers op dat het aantal zzp'ers blijft toenemen. In 2022 werd bijna 52 procent van de in totaal 390.000 banen in de creatieve industrie ingevuld door zelfstandigen.
Het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie kent aan 22 instellingen binnen de creatieve industrie een 1-jarige subsidie toe voor de uitvoering van hun activiteitenprogramma in 2024.
Daarnaast zijn 23 instellingen geselecteerd voor de uitvoering van festivals en publiekspresentaties in 2024.
De kwaliteit van de aanvragen ligt hoog in deze ronde 1-jarige subsidie. De instellingen laten ontwikkelingen zien in onderscheidende posities in het veld, wat in de loop der jaren tot een sterke infrastructuur leidt. Deze ronde zijn aanvragen ingediend door een aantal nieuwe instellingen, oa. Wobby.club in Tilburg draagt komend jaar bij aan een meerstemmig ontwerpveld. In totaal werd voor een bedrag van € 3,8 miljoen aangevraagd. Ook de aanvraag van Baltan Laboratories in Eindhoven werd gehonoreerd. Prioritering was helaas noodzakelijk. Graphic Matters in Breda werd positief beoordeeld maar niet gehonoreerd vanwege het beschikbare budget. De aanvragen van Dutch Invertuals in Eindhoven en Het Schoenenkwartier in Waalwijk werden negatief beoordeeld.Het beschikbare budget van € 2,2 miljoen werd daarmee ruim overvraagd.
Opvallend in deze ronde festivals en publiekspresentaties zijn een aantal nieuwkomers, net als de vernieuwende strategieën van de meer gevestigde festivalorganisaties, onder meer door het aangaan van diverse samenwerkingen voor het verbreden van de publiekssamenstelling. Thema’s die aan bod komen deze ronde variëren van playful activism, bewustzijn, protest, AI tot duurzaamheid en de leefbaarheid van de stad. In totaal werd voor een bedrag van € 1,9 miljoen aangevraagd. Het beschikbare budget van € 1 miljoen werd daarmee ruim overvraagd. Prioritering was ook hier noodzakelijk.
29-01-2024,
Op 26 januari presenteerde de Raad voor Cultuur het rapport ‘Toegang tot cultuur; op weg naar een nieuw bestel in 2029’ uit. Met dit advies wil de raad de overheidsfinanciering zo veel mogelijk laten bijdragen aan een rijk cultureel leven voor iedereen in Nederland. Het gaat om een ‘prototype’, een schets op hoofdlijnen en ideeën voor nadere uitwerking, om mee aan de slag te gaan op weg naar 2029.
Momenteel verschilt het per regio te veel welke culturele voorzieningen er zijn, wat daar te zien is en welke mogelijkheden er zijn. "Cultuursterke regio's worden steeds sterker, terwijl in andere regio's de kansen en voorzieningen juist afnemen", schrijft de raad. Het advies is daarom de financiering evenwichtiger te verdelen over het hele land en het te verbreden naar verschillende soorten makers.
De raad stelt voor de Basis Infrastructuur (BIS) om te gooien. Het geld dat nu jaarlijks wordt verdeeld via het ministerie en de zes rijkscultuurfondsen moet vanaf 2029 naar één instantie vloeien, een nieuw ‘Rijkscultuurfonds’. Dat bepaalt zelf waaraan subsidie wordt gegeven, zonder inmenging van de staatssecretaris of de Tweede Kamer. De Raad voor Cultuur ziet voor zichzelf een andere rol. In de 'nieuwe stijl' zal de raad niet meer adviseren over subsidieaanvragen, maar over de kaders en het beleid.
Daarnaast adviseert de Raad voor Cultuur te werken aan de vitaliteit van de sector door cultuureducatie stevig te verankeren in en rond school, de financiering voor talentontwikkeling consistenter te maken en meer verbinding tot stand te brengen tussen amateurs en professionals. Op de subsidies van gemeenten en provincies wordt geregeld bezuinigd door de lokale politiek. Het in stand houden van cultuurvoorzieningen is daar geen wettelijke taak, zodat die budgetten niet zijn beschermd. Cultuur draagt ook bij aan een fijne leefomgeving. Daarom zouden lokale budgetten ook wettelijk moeten worden verankerd.
Om de toegankelijkheid van cultuur te verbeteren voor iedereen in de regio’s is meer geld nodig. De Raad voor Cultuur adviseert het Rijk het budget structureel met 200 miljoen euro per jaar te verhogen.
We hebben vaak het beeld van verenigingen als grote verbinder van de Brabantse samenleving. Maar is dat wel zo? Deze vraagt stelt BrabantKennis in de publicatie Verenigt het verenigingsleven? Zijn verenigingen comfortabele bubbels of juist een plek zijn waar het niet uitmaakt wie je bent of wat je doet? In de vorm van een briefwisseling wordt deze vraag voorgelegd aan verschillende experts, waaronder wetenschappers, bestuurders van verenigingen, en ook twee adviseurs van Kunstloc Brabant.
Twee Eindhovense rockmuzikanten Bart Nederhand en Daan Koch beginnen een muziekschool. Rock‘n’Roll Highschool is de naam van hun broedplaats. ,,Want het gaat om de high die je beleeft, als je met elkaar muziek maakt. Nederhand, drummer bij de Eindhovense band Peter Pan Speedrock, de initiatiefnemer. Hij runt een eigen school, Drumles 040, en wilde zijn horizon verbreden. De Anker Studio op Sectie C wordt de locatie. Koch runt de studio samen met twee andere rockers: Erik van Schenk Brill en Wannes Coolen. ,,Daar hebben we twee toffe repetitieruimtes, waar we in de middaguren veel lessen kunnen inplannen. Ook is er een podium met professioneel licht en geluid.” De muziekschool moet uitgroeien tot een levendige plek, waar een community-gevoel heerst. De initiatiefnemers willen geen saaie school waar de ene leerling na een les de deur uitloopt en ondertussen de volgende klant passeert. In de ideale setting ‘praten ze over muziek, drinken een bak koffie en spreken af om samen te spelen’, schetst Koch. Met elkaar muziek maken hoeft niet, maar de oprichters willen dat graag mogelijk maken. Ze richten zich nu op de bekende rockband-setting met gitaar, bas en drums. Op den duur willen ze ook keyboards en zang aan het pakket toevoegen. Ook coaches met zowel podium- als leservaring gaan de leerlingen begeleiden.
”Grote hoeveelheden drugsresten in ons water, extra kosten voor medische hulp én politie-inzet. Nederland is een land van festivals en daarbinnen is Hilvarenbeek waarschijnlijk het dichtst ‘befestivalst’ met drie grote (inter)nationale festivals op de Beekse Bergen. De klachtenregen tijdens deze festivals die ook komende zomer weer neerstrijken bij de Beekse Bergen neemt jaarlijks toe. De vraag is: heeft Hilvarenbeek als een van de kleinste gemeenten in Nederland, wel voldoende expertise, menskracht en middelen om alle negatieve neveneffecten in goede banen te leiden?” Dat stelt Birgit Verstappen uit Hilvarenbeek, lid van de kerngroep van ‘Mag het geluid wat zachter aub’, in een opinieartikel in het Brabants Dagblad. Noodzakelijk is samenwerking en afstemming tussen de verschillende gemeenten, waarbij de provincie Noord-Brabant een regierol zou mogen nemen.
25-01-2024,
Bron: Brabants Dagblad
Inclusie en diversiteit mag geen dwingende rol spelen bij subsidieverstrekking aan culturele instellingen. Deze motie Van Zanten c.s. van politieke partijen BBB, ChristenUnie en SGP is op 23 januari aangenomen door de Tweede Kamer. Onder het vorige kabinet werd ‘diversiteit en inclusie’ een belangrijk speerpunt voor nieuwe subsidieaanvragen. Het verzoek in de motie is om dat subsidiebeleid 'geen dwingend karakter te geven voor culturele instellingen'. In de motie staat ook dat cultuursubsidies beter over Nederland verdeeld moet worden, met het oog op regionale spreiding. Staatssecretaris van Cultuur Fleur Gräper-van Koolwijk is het daarmee eens en had dat al toegevoegd aan de subsidiecriteria. Alleen vindt de staatssecretaris de motie daardoor wel tegenstrijdig. Gräper-van Koolwijk zegt: “Het is belangrijk dat iedereen in Nederland kennis kan maken met kunst en cultuur. Dat geldt voor alle uithoeken van Nederland. Dat is wat volgens ons óók ‘inclusief en divers beleid’ betekent.” Oftewel, regionale spreiding is een vorm van inclusie.
Het is nog onduidelijk wat het (demissionair) kabinet met deze verzoeken gaat en kan doen, merkt Theaterkrant op. De oproep komt voor de cultuursector op een opmerkelijk moment. Organisaties leggen deze week de laatste hand aan hun aanvragen voor rijkssubsidie voor de periode 2025-2028 (deadline 31 jan). Daarnaast presenteert de Raad voor Cultuur op 26 januari zijn advies voor een volledige herinrichting van het cultuurbeleid vanaf 2029.
De subsidie-eisen voor deze periode zullen door deze motie niet veranderen, laat het ministerie van OCW desgevraagd weten. Over de mogelijke consequenties van de motie meldt de woordvoerder: ‘De Tweede Kamer heeft verzocht binnen twee weken een brief uit te sturen over de uitvoering van deze motie. Daar lopen we nu niet op vooruit.’
De Code Diversiteit en Inclusie werd opgesteld en gebruikt tijdens de kabinetsperiode van Rutte III en IV. Het is daarom opmerkelijk dat een aantal van de toenmalige regeringspartijen (VVD, CDA en CU) deze motie steunen, stelt De Volkskrant. De vraag is echter of de huidige subsidiecriteria ‘dwingend’ kunnen worden genoemd. Lisa Westerveld, cultuurwoordvoerder van GroenLinks-PvdA, die tegen de motie stemde, denkt van niet.
In een brief aan staatssecretaris van Financiën Van Rij (Fiscaliteit en Belastingdienst) deelt de 'Taskforce culturele en creatieve sector' op 23 januari zijn grote zorgen over het mogelijk loslaten van het verlaagde btw-tarief voor cultuur in verband met een herziening van het fiscale stelsel. De taskforce vertegenwoordigt alle werkenden, zelfstandigen en organisaties uit de gehele culturele, erfgoed- en creatieve sector.
In de brief staan de bezwaren tegen het loslaten van het verlaagde btw-tarief en de voordelen van het lage tarief (ook voor het publiek). De taskforce geeft aan hierover met de staatssecretaris in gesprek te willen gaan. Zo heeft het CPB berekend dat loslaten van het lage btw-tarief op cultuur een lastenverzwaring van € 300 miljoen voor burgers en € 100 miljoen voor bedrijven betekent. Daarnaast blijkt uit diverse internationale onderzoeken en praktijkvoorbeelden dat een laag btw-tarief de vraag naar culturele goederen en diensten stimuleert én de werkgelegenheid vergroot.
De culturele en creatieve sector behoort tot een branche met het hoogste aandeel zzp’ers in Nederland. Een verhoging van het btw-tarief zorgt ervoor dat zij in één klap 12 procent duurder worden om in te huren door opdrachtgevers, omdat veel opdrachtgevers in de sector geen recht hebben op btw-aftrek. Een verhoging van het btw-tarief brengt volgens de taskforce de bestaanszekerheid van werkenden in de culturele en creatieve sector direct in gevaar.
KVB Boekwerk presenteert de jaarcijfers over 2023 in de marktmonitor. Belangrijkste bevindingen over 2023: Lezers kochten ruim 43 miljoen boeken, iets meer dan in 2022. De afzet bij het e-commercekanaal is dit jaar gelijk gebleven, na een daling van 12% vorig jaar. De afzet via het e-commercekanaal is sinds 2019 met 30% toegenomen. Terwijl de afzet van fysieke winkels sinds 2019 is gedaald met 2%. De boekenmarkt is in omzet 3% gestegen. Er zijn 50,6 miljoen fysieke boeken uitgeleend aan leden van de openbare bibliotheek, 1% minder dan in 2022. Net als afgelopen jaar daalt de totale afzet van literair-culturele boeken, dit jaar met 6%. Ook het aandeel van literair-culturele titels daalt. Dit is een trend over de afgelopen 5 jaar.
Rick Terwindt stop na vijf succesvolle jaren als stadsdichter van Meijerijstad. De gemeente start daarom nu de zoektocht naar een opvolger, samen met de lokale bibliotheek en festival Fabriek Magnifique. Terwindt maakt zich hier totaal geen zorgen over. Wellicht laat hij grote te vullen schoenen na. Maar zelf wijst hij vooral op de gouden kans en het vele talent. ,,Er zijn tíg kandidaten om mij op te volgen, dat weet ik gewoon. Dat komt natuurlijk ook omdat ik dit werk al zo lang doe. Ik heb in die periode heel veel mensen ontmoet en zien groeien, ook met taal.’’ De zoektocht naar een opvolger gaat volgens Terwindt zeker eindigen met een finale, met drie geselecteerden strijdend op een podium: ,,We willen wel dat hij of zij een stukje podiumkunst beheerst, mensen in de ogen kan aankijken.’’
Een stadsdichter moet onder de mensen zijn, vindt Terwindt: ,,Veel dichters zijn erg geneigd om te werken voor andere dichters. Maar ik, ik vertegenwoordig op een mooie manier fantastisch mooie mensen.’’ Bewust blijft de Veghelaar, geboren en opgegroeid in Vorstenbosch, zijn andere baan trouw als milieukundig adviseur bij binnenvaartterminal Van Berkel: ,,Ik wil niet alleen maar dichter zijn. Ik wil midden in de samenleving staan, óók qua werk. En dan via taalbeleving een meerwaarde voor mijn omgeving zijn.’’
In een van de mooiste panden van de Utrechtse binnenstad opent over een paar jaar het museum voor literatuur en kinderboeken. Lange tijd zag het er niet naar uit dat de literaire schatkamer van Nederland hiernaartoe zou verhuizen. Dit is hoe de gemeente Utrecht alsnog het Literatuurmuseum/Kinderboekenmuseum, dat nu in Den Haag is gevestigd, binnenhaalde. Het museum is jaarlijks goed voor meer dan 100.000 bezoekers. Richard Hoving met een reconstructie.
25-01-2024,
Bron: Algemeen Dagblad
Op 21 juli 2023 stelde de Provincie Zeeland een nieuwe subsidieregeling open, de Impuls Jongerencultuur. Het doel van de regeling is jongeren te stimuleren nog meer en vaker deel te nemen aan culturele activiteiten. Gedeputeerde Staten heeft op 23 januari besloten zeven projecten te subsidiëren. Het gaat om een bedrag van in totaal € 194.445. Eerder, op 3 oktober en 5 december 2023, werden in totaal al vier andere projecten gesubsidieerd. Het doel van de regeling is jongeren te stimuleren nog meer en vaker deel te nemen aan culturele activiteiten. De subsidie kan aangevraagd worden als er een culturele activiteit voor en/of door jongeren van 14 tot en met 27 jaar georganiseerd wordt in de provincie Zeeland. Denk daarbij aan film, video, fashion, graffiti, muziek en dans.
Er was in totaal € 552.200,- beschikbaar tijdens de eerste openstelling die liep tot eind 2023. Na het beschikken van deze projecten is er nog € 306.205,- beschikbaar. Dit bedrag zal worden overgeheveld naar een nieuwe openstelling, die op 2 februari opent. Er is dan tot eind 2024 € 456.085 beschikbaar. In de regeling zijn een aantal voorwaarden aangepast ten opzichte van de eerste openstelling. Zo moet de activiteit aansluiten bij de interesse en behoefte vanuit jongeren zelf en mag de activiteit in het volgende kalenderjaar doorlopen.
Netflix is en blijft het grootste streamingplatform ter wereld, met ruim 260 miljoen abonnees. In het vierde kwartaal van 2023 kwamen er ruim 13 miljoen nieuwe abonnees bij. Netflix groeide het afgelopen decennium uit tot winstmachine. De miljardenwinsten waarop aandeelhouders zich verheugen, ontstaan niet alleen doordat zoveel mensen wereldwijd een abonnement bij de marktleider hebben. Ook een scherp fiscaal beleid draagt eraan bij. Sinds de winst in 2017 explodeerde, wist Netflix de winstbelasting onder 15 procent te houden, wat internationaal geldt als het minimumtarief. Bij die tax planning speelde het Amsterdamse kantoor jarenlang een sleutelrol. NRC bekeek met behulp van jaarverslagen, andere documenten en gesprekken met experts hoe Netflix dat deed.
Zoals veel digitale bedrijven zonder tastbaar product bepaalt Netflix deels zelf in welk land het winstbelasting betaalt. Dat kan door slim met geld te schuiven. Winst in een land met een ‘dure’ fiscus is tot op zekere hoogte te drukken door een dochterbedrijf hoge vergoedingen te laten betalen aan een zuster in een milder belastingklimaat. Daarmee schuif je winst naar een (regionaal) hoofdkantoor of offshore-belastingparadijs. Digitale bedrijven kunnen zich ook op een markt begeven, zoals Netflix in Italië, zonder fysieke presentie. Dan bestaat er ook geen belastingplicht over de opbrengst. Zo heeft het streamingbedrijf dat jaren gedaan.
De manier waarop speelfilms in Europa worden gefinancierd, is aan het veranderen. Het aandeel publieke financiering via fondsen is gekrompen tussen 2016 en 2020. Er werd daarentegen meer geld opgehaald via production incentives. Dat blijk uit onderzoek van het European Audiovisual Observatory.
Voor het rapport Fiction film financing in Europe: Overview and trends 2016-2020 keek het Europese onderzoeksbureau op het gebied van film, tv, radio en VOD naar de financieringsmix van 2490 films die tussen 2016 en 2020 zijn gemaakt in achttien Europese landen. Deze titels, 48% van alle Europese films die zijn uitgebracht in die periode, hadden een gezamenlijk budget van €8,2 miljard.
Veel van de uitkomsten weerspiegelen de ontwikkelingen in de Nederlandse filmsector. Zo blijkt dat bijna twee derde van Europese films een budget had van minder dan €3 miljoen, wat zeker geldt voor ons land. Wel zijn de middelgrote budgetten in kleine markten zoals Nederland significant omhoog gegaan. Dat is in lijn met het Filmfonds-beleid zoals dat sinds Doreen Boonekamp wordt gevoerd: meer geld voor minder titels. Het gat tussen middelgrote budgetten in kleine markten en middelgrote budgetten in middelgrote markten is daardoor gekrompen.
Hoewel direct overheidsgeld nog steeds garant staat voor een aanzienlijk deel van het budget, neemt het belang wel af. In 2016 was subsidie nog goed voor 29,4% van de budgetten, maar vier jaar later was dat aandeel gedaald tot 24%. Gestegen is echter het aandeel van zogeheten production incentives, waarvan ook in Nederland gebruik wordt gemaakt. Het zijn fiscale regelingen waarmee producenten een deel van hun investeringen terugkrijgen als ze hun film opnemen in ons land, de post-production hier doen, Nederlandse catering betrekken of op andere manieren de nationale economie ondersteunen. Het aandeel production incentive in Europese filmbudgetten ging tussen 2016 en 2020 gemiddeld omhoog van 9,6% naar 17,8%.
Een budget van 3 miljoen euro stelde NWO eind vorig jaar beschikbaar voor onderzoek naar experimenteeromgevingen als key enabling methodologies. Inmiddels is de eerste fase van de call afgerond en zijn er 29 initiatieven ingediend, die de basis zijn voor de vorming van één of twee consortia (tijdelijke samenwerkingsverbanden). Zo'n 100 partijen doen daaraan mee, waaronder universiteiten, hogescholen en een groot aantal living labs, fieldlabs en andere partijen uit de praktijk. Een overzicht van de ingediende initiatieven is online te vinden.
Innovatie kan niet zonder experiment. Daarom zijn omgevingen waarin nieuwe oplossingsrichtingen ontwikkeld, uitgetest, onderbouwd, verfijnd en rijp gemaakt worden voor toepassing, onmisbaar. Exceed is een programma en platform van experts rondom experimenteeromgevingen: field labs, living labs en proeftuinen.
25-01-2024,
Bron: ClickNL
Motiveer kinderen om te lezen. Precies dat gebeurt te weinig in het huidige Nederlandse onderwijs. Leesvaardigheid en leesplezier zouden hand in hand moeten gaan, zeker in de bovenbouw van de basisschool, stelt Stichting Lezen: ,,Vanaf groep 6 ligt de focus nu te veel op het vak begrijpend lezen en de bijbehorende leesstrategieën.” Kinderen moeten bijvoorbeeld vragen beantwoorden om een tekst te ontleden, maar als ze de woorden niet kennen, begrijpen ze de tekst niet. Middelbare scholieren aan het lezen te houden of te krijgen is moeilijk.
,,De overgang van de basisschool naar de middelbare school is zo’n typisch afhaakmoment”, zegt Inger Bos van Stichting Lezen. ,,Hun wereld wordt ineens een stuk groter, ze krijgen extra vakken en vaak ook flink wat meer huiswerk. Dan schiet het lezen - als ze dat al deden - erbij in.” Op 24 januari zijn De Nationale Voorleesdagen weer van start gegaan, een elfdaagse campagne gericht op kinderen van 0 tot en met 6 jaar. Stichting Lezen zet zich in om kinderen het plezier in lezen te laten ontdekken, zodat ze kunnen uitgroeien tot blijvende lezers. ,,Samen lezen, of een prentenboek bekijken, zijn voor een kind de eerste kennismaking met het object ‘boek’. Bij de allerjongsten gaat het om stoffen boekjes met afbeeldingen, maar vanaf de peuterleeftijd kan een kind helpen bij het omslaan van pagina’s en zelf plaatjes aanwijzen. Als ouder, grootouder of juf maak je verbinding met kinderen tijdens het lezen, je beleeft samen een verhaal. Voorlezen verstevigt de band tussen lezer en luisteraar.”, volgens Bos. (…) ,,Dat jongeren minder lezen, wil niet zeggen dat ze nooit meer lezen. Vaak komt dat na school- of studietijd wel terug. Daarom is het belangrijk ze al jong met verhalen, met boeken, kennis te laten maken.”
De basis daarvoor wordt gelegd bij baby’s, peuters en kleuters. ‘De Nationale Voorleesdagen’ is een van de campagnes om het lezen onder verschillende leeftijdscategorieën te stimuleren. Annelies Harzing, eigenaresse van de onafhankelijke kinderboekenwinkel aan de Speelhuislaan in Breda, en zelf ruim twintig jaar in het onderwijs werkzaam, vindt ook dat plezier in lezen leidend zou moeten zijn op scholen. “Ook in de bovenbouw en zelfs op de middelbare school is voorlezen - naast zelf lezen - zinvol en kinderen vinden het vaak hartstikke leuk. Zolang het boek maar aansluit bij hun leeftijd en hun belevingswereld. Samen zo’n verhaal beleven én nabespreken, daar leren ze veel meer van dan de saaie vragen die ze nu vaak krijgen over standaardteksten bij leesvaardigheid.”
25-01-2024,
Bron: BN De Stem
Dagelijks zingen op school gebeurt niet meer, en daarmee is de oefening van het auditief systeem verdwenen. Terwijl dat essentieel is om te leren lezen, schrijft Ellen Bothof, muziekdocent. Elke leerkracht die vandaag gezongen heeft in de klas, mag zichzelf op de schouder kloppen
Waar eerder dagelijks zingen vanzelfsprekend was op de basisschool, verdween dit geleidelijk van het rooster. Secuur kunnen luisteren is essentieel voor goed leren lezen. Dat bereik je niet door tegen kinderen te zeggen dat ze ‘eens even goed moeten luisteren’. Het vereist actieve training van het auditieve systeem, dat zich juist in de kindertijd door training sterk ontwikkelt.
Samen zingen verdicht de bundels voor de terugkoppeling van de luistersignalen in de hersenen, waardoor secuur luisteren makkelijker wordt en minder inspanning kost. Daarbij toont onderzoek aan dat muzikale training tevens het werkgeheugen vergroot. Door deze combinatie levert zingen een grote bijdrage aan de taalontwikkeling, het vloeiend leren lezen en het begrijpend lezen. Daarnaast levert zingen zonder dat je het doorhebt een bijdrage aan de groepsvorming en de sociaal-emotionele ontwikkeling.
25-01-2024,
Bron: NRC
In Brabant Magazine #54 licht Provincie Noord-Brabant enkele projecten uit die een toekenning hebben ontvangen uit de eerste ronde van de subsidieregeling Levendig Brabant voor cultuur, erfgoed, sport en vrije tijd. Één van de voorbeelden is Bosch Buitenspel, een samenwerking van Paleis voor Volksvlijt en de Verkadefabriek waarbij sportverhalen de inspiratie vormen voor theater op locatie.
24-01-2024,
Bron: Brabant Magazine
Jongeren op de havo en het vwo boeken sterkere leesprestaties dan op andere opleidingstypen. Het risico op laaggeletterdheid komt vooral voor op het vmbo. In groep 8 zijn de verschillen in taal- en leesvaardigheid tussen leerlingen enorm. De meest vaardige lezers stromen door naar de middelbare school met een vwo-advies op zak. De minst vaardige lezers gaan naar het praktijkonderwijs en de basisberoepsgerichte stroming van het vmbo. Deze verschillen betreffen lezen (dat het begrijpen, interpreteren, evalueren en samenvatten van zakelijke en fictieve teksten omvat) en taalverzorging (spelling, interpunctie en grammatica). Hiernaast gaat het verband ook op voor de schrijfvaardigheid
Gedurende het voortgezet onderwijs blijven de verschillen in leesvaardigheid bestaan. Alle vmbo-niveaus scoren onder het gemiddelde voor Nederlandse vijftienjarigen. Havisten en vwo’ers scoren juist bovengemiddeld. De leesprestaties in alle opleidingstypen daalden tussen 2018 en 2022 significant en dus ‘betekenisvol’. Met name binnen de verschillende afdelingen van het vmbo nam de leesvaardigheid flink af, met veertig tot vijftig punten. In het praktijkonderwijs, de havo en het vwo daalde de leesvaardigheidsscore met ongeveer twintig punten
24-01-2024,
Bron: Stichting Lezen
Het Mondriaan Fonds heeft een nieuwe samenwerkingspartner voor de KunstKoop! In de loop van 2024 kunnen kunstliefhebbers bij kredietverstrekker Tinka tegen 0% rente een KunstKooplening aanvragen voor het kopen van kunst bij een van de aangesloten galeries in Nederland. De KunstKooplening wordt financieel gesteund door het Mondriaan Fonds. De regeling is bedoeld ter versterking van de particuliere kunstmarkt en ter stimulering van de verkoop van beeldende kunst en vormgeving.
Tinka biedt verschillende financiële producten aan via (web)winkels waarmee consumenten hun aankopen kunnen financieren. De samenwerking met de KunstKoop maakt het voor kunstkopers mogelijk om via de Tinka app een aanvraag te doen voor een KunstKooplening en wordt direct inzicht verkregen in het leenbudget.
Sinds het ontstaan van de KunstKoop in 1997 maakten ongeveer 51.400 kopers gebruik van de KunstKoop en kochten voor ruim 171 miljoen euro aan kunstwerken. Met de KunstKoop kunnen mensen hedendaagse kunst of vormgeving op afbetaling kopen bij aangesloten galeries verspreid over Nederland, zonder dat zij rente hoeven te betalen.
In opdracht van het ministerie van OCW heeft een visitatiecommissie het beleid en de dagelijkse praktijk van de 6 rijkscultuurfondsen geëvalueerd, te weten het Fonds voor Cultuurparticipatie, Fonds Podiumkunsten, Mondriaan Fonds, Nederlands Filmfonds, Nederlands Letterenfonds en het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie. Het algemene oordeel van de commissie is zeer positief.
Specifiek over het Mondriaan Fonds oordeelde de commissie als volgt: volgens de visitatiecommissie is een subsidie van het Mondriaan Fonds voor velen in de sector een keurmerk geworden. “Dit is echter niet alleen maar positief: omdat het fonds daarmee normstellend is. Dat roept de vraag op welke norm dominant is en of een toegekende aanvraag niet een ‘zichzelf vervullende voorspelling’ wordt.” In de komende beleidsplanperiode 2025-2028 is dit een belangrijk thema waarop het fonds zal agenderen. “De commissie is positief over de manier waarop het fonds deze zelfreflectie organiseert en zou dit als voorbeeld willen stellen aan de andere fondsen.”
Toegankelijkheid is een speerpunt, waarvoor onder andere een digitaal advies- en aanvraagplatform is ingericht. De manier waarop het Mondriaan Fonds op haar website aanvragers weet te gidsen en uit te leggen welke regelingen voor wie en waarvoor bedoeld zijn, noemt de visitatiecommissie een inspirerend voorbeeld.
Over diversiteit en inclusie wordt opgemerkt dat het fonds een integrale aanpak hanteert, die zich vertaalt in jaarplannen en jaarrapportages, workshops en lunchbijeenkomsten. Wel adviseert de commissie “duidelijke doelen te stellen, te monitoren en terug te koppelen naar diegenen die er wat mee moeten, zodat het leidt tot een verbeterde aanpak.”
24-01-2024,
Bron: Mondriaan Fonds
Kun je woningen bouwen zonder ecologische voetafdruk? De vijf oprichters van de Tilburgse onderneming Woud denken van wel. Ze zeggen dat ze de eerste biobouwer van Nederland zijn, en willen de ecologische voetafdruk minimaliseren: tijdens de bouw, de bewoning en de eventuele sloop.
De gebouwde omgeving is in Nederland verantwoordelijk voor een derde van de CO2-uitstoot, meer dan elke andere sector in Nederland, zeggen de mensen achter Woud. De ondernemers kwamen tot het inzicht dat met elke nieuwe woning die ze volgens de huidige bouwregels opleveren, warmen ze de aarde een stukje verder op. Daarom willen ze kant- en-klare woningen bouwen zonder ecologische voetafdruk. De onderneming bouwt twee pilotwoningen in hun thuisstad Tilburg. Daarna hopen ze op te schalen tot 200 woningen per jaar.
24-01-2024,
Bron: Stadszaken
Maak muziekonderwijs gratis of betaalbaar, betoogt Alexander Buskermolen, directeur van het Prinses Christina Concours. Nu maakt het afbraakbeleid van de overheid ‘diversiteit en inclusie’ onmogelijk. ‘Dan mag je dat ook niet eisen van de sector.’
Volgens Buskermolen is buitenschoolse muziekeducatie inmiddels een elitaire hobby geworden voor kinderen van rijke ouders of van ouders die zelf spelen en contacten in de muziekwereld hebben. De focus van de overheid ligt vrijwel alleen op het binnenschoolse. Dat is een snuffelcursus, kennismaken, ontdekken wat je leuk vindt. Zo leid je geen beroepsmusici op; daarvoor is echt dat uur, of halve uur per week individuele les nodig.
Om het muziekonderwijs uit het slop te trekken moet je structureel buitenschoolse muziekeducatie faciliteren. En daar is ook maatschappelijke winst mee te behalen: scholen waar structureel aandacht is voor cultuur hebben minder gedoe hebben met pesten of geweld.
24-01-2024,
Bron: LKCA
DutchCulture vraagt Nederlandse en in Nederland gevestigde kunstenaars, creatieven, culturele professionals en culturele organisaties, om hun internationale culturele activiteiten uit 2023 toe te voegen aan de DutchCulture Database. Dit is een open source database die de internationale culturele activiteit in kaart brengt en een essentiële bron is voor het internationale cultuurbeleid. Zo worden iedereen in het culturele veld en beleidsmakers voorzien van informatie over de Nederlandse internationale culturele impact. Om te worden opgenomen in de kaarten van vorig jaar, moeten de gegevens over 2023 uiterlijk 23 februari 2024 aangeleverd zijn.
24-01-2024,
Bron: DutchCulture
Keep an Eye bestaat 15 jaar en ligt in een blog de huidige samenwerkingspartners uit. Het eerste deel legt de focus op de kunstopleidingen. Keep an Eye werk samen met Academy for Circus and Performance Art (Fontys), Conservatorium van Amsterdam (Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten), Fine Art (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht), Gerrit Rietveld Academie, Illustrated and Animated Storytelling (AKV St. Joost), Koninklijk Conservatorium Den Haag (Hogeschool der Kunsten Den Haag), Nederlandse Filmacademie (Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten), Photography (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht) en Textiel en Mode (Koninklijke Academie van Beeldende Kunst ).
24-01-2024,
Bron: Keep an Eye Foundation
De verkenning ‘De arbeidsmarktpositie van zzp’ers in de culturele en creatieve sector’, gepubliceerd in december 2023, schetst een beeld van wat we wel en wat we (nog) weten over de arbeidsmarktpositie van zzp’ers in de culturele en creatieve sector. Die behoefte werd al in 2016 door de Raad voor Cultuur en SER verwoord en is sindsdien – zeker na de Coronacrisis vanaf 2020 en de recente inflatietrends – steeds urgenter geworden. Zzp’ers in de culturele en creatieve sector hebben een unieke positie in de arbeidsmarkt, zo blijkt uit het rapport, uitgevoerd door HTH Research in opdracht van de Kunstenbond, de Boekmanstichting, Platform ACCT en de Creatieve Coalitie.
In het rapport komt naar voren dat er ‘weinig werk- en inkomenszekerheid’ wordt geboden in de sector en dat werk en inkomen ‘zeer scheef verdeeld’ is. Omdat er ook nog veel onbekend is over de arbeidsmarktpositie van zzp’ers, hebben de onderzoekers grondig in kaart gebracht welke blinde vlekken er bestaan én wat we wel weten. Het eindresultaat is een grondige studie waar belangenbehartigers, beleidsmakers, politici en onderzoekers de komende jaren op voort kunnen bouwen.
De Kunstenbond strijdt voor een eerlijke vergoeding muziekstreaming. In oude contracten tussen artiesten en platenmaatschappijen is vaak niets of onvoldoende geregeld over de online exploitatie van muziek, terwijl die muziek inmiddels wel door luisteraars gestreamd wordt. Omdat het om bestaande muziek gaat, waarvoor de investeringen voor de productie ervan door de platenmaatschappijen in veel gevallen al lang zijn terugverdiend, zouden artiesten een hogere vergoeding moeten ontvangen. De Kunstenbond organiseerde tijdens muziekconferentie Eurosonic Noorderslag in Groningen een panelgesprek over dit onderwerp.
24-01-2024,
Bron: Kunstenbond
Op 18 januari jl. stuurden Alexandra van Huffelen (staatssecretaris digitalisering), Micky Adriaansens (minister EZK) en Robbert Dijkgraaf (minister OCW) een brief naar de Tweede Kamer met een overheidsbrede visie op generatieve AI. In deze reactie ontbreekt het risico dat generatieve AI vormt voor de werkgelegenheid in de creatieve sector. Dat terwijl uit onderzoek van de Kunstenbond blijkt dat bijna 60% van de professionals in de culturele en creatieve sector vrezen dat AI zal leiden tot verlies van werkgelegenheid. Bij toegepaste visuele kunsten, componisten en stemacteurs is dat percentage hoger, respectievelijk 76%, 74% en 96%. Aan dit existentiële risico voor creatieve makers en (uitvoerend) kunstenaars wordt volstrekt voorbij gegaan door de regering. Daar waar in de brief expliciet gesproken wordt over de culturele sector ziet de regering louter voordelen: “generatieve AI wordt ingezet ter ondersteuning van het creatieve proces. Onder andere bij het maken van marketingcontent en bij het beschrijven van kunstwerken.”