Al het cultuurnieuws uit Brabant en de rest van Nederland op een rijtje. Wil je wekelijks een overzicht van deze Trends & Ontwikkelingen ontvangen per mail? Meld je dan aan voor onze Trends & Ontwikkelingen nieuwsbrief!
Trends & Ontwikkelingen
Alle artikelen
De stemming over de wijziging van de Mediawet 2008 is op 28 maart uitgesteld tot 4 april. Er was onduidelijkheid ontstaan of de wet het zou halen. Vooral twee moties van de VVD en het CDA maken de wet uiteindelijk onuitvoerbaar en zetten daarmee een streep door de investeringsverplichting van de videostreamers. De wetswijziging is bedoeld om de videostreamers 4,5% van hun jaaromzet verplicht te laten investeren in Nederlandse culturele audiovisuele producties. In de wet worden documentaires, animatiefilm, speelfilm en series genoemd. Ook moeten minstens 80% van die producties door onafhankelijke producenten worden geproduceerd. Tenslotte moeten de producties aan een aantal voorwaarden voldoen, bijvoorbeeld dat ze voor een overwegend deel in de Nederlandse en Friese taal gesproken zijn. De videostreamers hebben de afgelopen maanden sterk gelobbyd om deze wet tandeloos te maken. Een belangrijk argument daarbij is dat de Nederlandse overheid niet gaat over het geld dat commerciële in de markt verdienen. De Europese regels bepalen echter dat de videostreamers moeten investeren in de content van een EU-land. De moties van de VVD en het CDA zwakken nu de wetswijziging sterk af en maken de uitvoering onmogelijk. Door de moties komen vrijwel alle audiovisuele producties in aanmerking als investering volgens de wetswijziging. Videostreamers hoeven dan niet langer alleen in culturele producties geld te stopen zoals drama en documentaire, maar ook in reality of cabaret. Alleen sport zou uitgesloten zijn. Juist drama en documentaire hebben beperkte financieringsmogelijkheden in Nederland en deze wetswijziging zou een enorme impuls geven aan de sector. Jaarlijks geven Nederlandse consumenten honderden miljoenen uit aan abonnementen bij onder andere Netflix, Videoland en Disney+. Door de wetswijziging zou minimaal zo’n 40 miljoen aan drama en series terug gegeven worden. Ook nu investeren videostreamers al in Nederlandse content, maar is het nog geen verplichting. In Nederland zijn alle videostreamers in buitenlandse handen, net als de drie grootste bioscoopketens en de grotere productiemaatschappijen. Hoewel ze voor veel werkgelegenheid zorgen, wordt er nauwelijks geïnvesteerd in de Nederlandse infrastructuur voor audiovisuele producties. Deze wetswijziging zou ook daar ruimte voor geven.
30-03-2023,
Bron: NBF
De BoerBurgerBeweging is de grote winnaar van de verkiezingen voor Provinciale Staten. Wat wil die partij? „Kunst en cultuur spelen een belangrijke rol in de leefbaarheid van het platteland”, zegt de Zeeuwse akkerbouwer Antje Dees over de standpunten van haar partij. „Kunst en cultuur geven maatschappelijke binding en maken Zeeland aantrekkelijker als vestigingsplaats.”. Dees schreef mee aan de cultuurparagraaf in het provinciale verkiezingsprogramma van de partij. Daarin wordt opgeroepen tot „meer steun en waardering voor waardevolle private musea, podia, theaters en plaatselijke streekeigen festivals”. Ook wil de Zeeuwse BBB dat de Zeeuwse musea meer scholen kunnen ontvangen en buitenlandse wisseltentoonstellingen binnenhalen. Landelijk pleit de BBB voor meer aandacht voor kunst en cultuur in de klas, en afschaffing van de btw op culturele activiteiten. En vooral vindt de partij dat cultuursubsidies ‘eerlijker’ verdeeld moeten worden, zodat er meer geld beschikbaar komt voor het platteland. De BBB-visie op kunst en cultuur past meer bij die van de midden- en linkse partijen, schrijft Hester van Santen in het NRC. Wat betekent de opkomst van de BBB voor het provinciaal cultuurbeleid? Die vraag is om nog een reden nu relevant: provincies pleiten ervoor dat zij meer invloed krijgen op het culturele leven – juist om ook de regio’s te ondersteunen. „Het landelijk cultuurbeleid [heeft] te weinig oog voor regionale en lokale behoeften”, schreven de provincies afgelopen december aan staatssecretaris Uslu. De provincies staan wat betreft cultuuruitgaven ver achter de gemeenten, met 325 miljoen euro. „Dat betekent vooral dat provincies die vinden dat ze te weinig aan cultuur doen, er meer aan moeten gaan uitgeven”, zegt onderzoeker Bastiaan Vinkenburg van bureau Berenschot die deze cijfers op een rij zette. Berenschot onderzocht in opdracht van het Interprovinciaal Overleg (IPO) het cultuurbeleid van provincies. Het rapport ‘’Op weg naar herpositionering’’ (november 2022) is kritisch: ze concluderen dat de samenwerking tussen rijk, provincies en gemeenten hapert. De rol van de provincies is „passief”. De provincies willen daarom dat die rol versterkt wordt. Officieel hoeft een provincie niet veel met kunst en cultuur. Wettelijke taken heeft de provincie vooral voor erfgoed, zoals monumentenzorg en behoud van archeologische vondsten. Maar verder zijn de wettelijke taken van provincies beperkt, en daardoor functioneren gemeenten, provincie en rijk voor de cultuursector niet voldoende als één overheid, schrijven de onderzoekers. En provincies varen grotendeels hun eigen koers, zo zijn er provinciale musea en orkesten. Het rapport onderscheidt negen soorten taken die provincies op zich zouden kúnnen nemen, van innovatie of ondersteuning tot een directe rol als subsidieverlener. De provincies pleiten ervoor om die rollen vast te leggen: deels in de wet, deels in schriftelijke afspraken die elke provincie met het rijk maakt. uist door het ontbreken van duidelijk omschreven taken kan de omgang met cultuur van provincies na elke statenverkiezingen omslaan. Dat gebeurde in 2019, toen Forum voor Democratie de grootste partij werd in Noord-Brabant: er werd geen gedeputeerde voor cultuur benoemd. Vinkenburg: „Dat is een schrikbeeld voor de cultuursector, dat het onderwerp echt van de agenda verdwijnt. Het kwam niet zover omdat het provinciebestuur viel, maar er stonden in Noord-Brabant forse bezuinigingen op stapel.” Een provinciale coalitie met de BBB kan dus wel degelijk zelf besluiten om meer steun te verlenen aan kunst en cultuur. Vooral voor plattelandsgemeenten zou een sterker provinciaal cultuurbeleid een voordeel zijn, denkt Marielle Hendriks, directeur van het Erfgoedhuis Zuid-Holland. In november 2022 publiceerde het CBS cijfers over de cultuuruitgaven van alle provincies en gemeenten. Daaruit bleken grote verschillen tussen de provincies. Hendriks denkt dat de BBB juist iets kan betekenen voor de landelijke woonplaatsen die soms over het hoofd gezien worden. Een van de terreinen waar gaten ontstaan als provinciaal beleid ontbreekt, is ondersteuning voor cultuureducatie en-participatie, zoals kunst in de klas of amateurorkesten. Het Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA) publiceerde onlangs een rapport met de veelzeggende titel ‘Er is strikt genomen geen rol’. Dat concludeert dat ambtenaren sterke behoefte hebben aan houvast: ze willen af van de onzekerheid van tijdelijke ondersteuningsregelingen, en betere afspraken over de taken van rijk, provincies en gemeenten. „Als je niet stuurt vanuit het rijk, kunnen provincies ervoor kiezen om geen beleid te voeren rond cultuureducatie en -participatie”, zegt LKCA-onderzoeker Luud Goossens. Dat de opkomst van de BBB zal leiden tot meer geld en ruimte voor provinciaal cultuurbeleid, lijkt echter nog lang niet zeker. Veel hangt immers af van landelijke politieke besluiten over de rol van de provincies in het cultuurstelsel en regionale spreiding van landelijke subsidies. Maar vooral hoe de coalities worden gevormd. Gaan die vanwege het stikstof beleid over rechts dan kan dat “ertoe leiden dat provincies hun kerntaken voor kunst en cultuur inperken, in plaats van versterken.”, aldus Berenschot-onderzoeker Bastiaan Vinkenburg.
30-03-2023,
Bron: NRC
Ontwerper Manon van Hoeckel ontvangt de Designprijs van het Prins Bernhard Cultuurfonds Noord-Brabant. Volgens de jury zorgen haar ingrepen in bestaande situaties voor buitengewoon positieve maatschappelijke impact. ‘Manon van Hoeckel levert het cement voor de samenleving’, aldus juryvoorzitter Maarten Hartveldt. De prijs, waaraan een bedrag van € 10.000 verbonden is, wordt op 17 juni uitgereikt door commissaris van de Koning Ina Adema, die ook voorzitter is van het Prins Bernhard Cultuurfonds Noord-Brabant.
Het Nederlandse on- en offline platform DesignDigger lanceert een overzichtspagina met de meest interessante NFT’s. Ontwerpers, fotografen en kunstenaars kunnen hun NFT’s gratis aanbieden op deze servicepagina. Wel worden de NFT’s door DesignDigger beoordeeld op kwaliteit en geschiktheid.
28-03-2023,
Bron: DesignDigger
Een brede coalitie van 61 ketenpartners in de ontwerp-, bouw- en technieksector tekende op 23 maart het nieuwe digiAkkoord tot 2030. Daarmee zetten zij zich de komende jaren actief in voor de versnelling van de – noodzakelijke - digitalisering en ketenoptimalisatie. En zij nodigen andere partijen van harte uit om zich ook bij dit akkoord aan te sluiten. BNA-directeur Fred Schoorl ondertekent namens de architectenbranche. ‘Het is van groot belang dat ontwerpers de vernieuwers zijn, die ook vooraan staan bij deze digitale transitie. Daarmee kunnen kwaliteit en snelheid hand in hand gaan.’ Versnellen gebeurt met zogenoemde digiDeals: tastbare projecten over het uitwisselen van meer data, het verbeteren van de kwaliteit van data, over vertrouwen en samenwerking in de hele keten. De ondertekening vond plaats tijdens het Ketenstandaard Bouw en Techniek Congres 2023 in Nijkerk, met een groot gedeelte van de ondertekenaars op het podium. De brede steun voor dit akkoord, hangt volgens Joseph Kuling, voorzitter van de Bouw Digitaliseringsraad (BDR), samen met een groot besef van urgentie. “Van ontwerpers en bouwers tot en met beheerders van gebouwen; Allemaal staan we voor forse maatschappelijke en individuele opgaven. Energietransitie, klimaatadaptatie, opschaling van woningbouw en infra-vervanging. Dat alles met zo min mogelijk uitstoot én circulair. Dit moet ieder in z’n eigen organisatie en keten bolwerken, met schaarser wordend personeel, minder tijd en hogere kosten. Versnelde digitalisering en data-gedreven ketensamenwerking zijn dan keiharde randvoorwaarden om dingen samen toch voor elkaar te krijgen. We zijn blij dat steeds meer partners daarop inzetten.”
28-03-2023,
Bron: BNA
Elke drie jaar stelt de BNA een beleidsplan op met daarin haar doelen en ambities op basis van in kaart gebrachte ontwikkelingen binnen en buiten de branche. Het beleidsplan wordt uitgebreid getoetst en gewogen door de Ledenraad en is afgelopen donderdag goedgekeurd. Dit jaar draagt het de titel: Betrokken. BNA-directeur Fred Schoorl: "Onze creatieve, professionele branche staat klaar om deel van de oplossing te zijn in een wereld die schudt op zijn grondvesten. Van geopolitieke spanningen en oorlog binnen Europa, de klimaat- en verduurzamingsopgave, de energie- en stikstofcrisis, de stagnerende woningmarkt tot inflatie en stijgende kosten. Juist dán is creativiteit nodig. Zoals ook in het regeerakkoord uit 2021 staat. En daar is de BNA het geheel mee eens". Het doel is een zichtbare, financieel gezonde en inclusieve branche die door de buitenwereld als betrokken, vernieuwend en essentieel wordt gezien bij de grote opgaven van deze tijd. Een branche die als onmisbaar wordt gezien door overheid en opdrachtgevers. Door de kerntaken van een branchevereniging (de “3 b’s”: bureauondersteuning, belangenbehartiging en brancheontwikkeling) vorm te geven op een manier die past bij de omgeving en deze tijd. Door de branche te versterken en vernieuwen. En de relevantie, reputatie en representatie van de vereniging succesvol te verhogen. Op eerlijke voorwaarden, volle kracht vooruit. Architecten zijn betrokken bij het oplossen van maatschappelijke opgaven. Met hun deskundigheid en ervaring zetten architectenbureaus hun ruimtelijke ontwerpkracht in voor betaalbare en energie-efficiënte woningen, aantrekkelijke en functionele openbare ruimtes en minder CO2-uitstoot en grondstoffengebruik door het ontwerpen van duurzame gebouwen. Met oplossingen die de tijd doorstaan en waarde toevoegen aan hun omgeving. Als verbinders, verbeelders en vernieuwers dragen zij met hun integrale aanpak bij aan een duurzame en inclusieve toekomst voor onze samenleving en aan het verbeteren van de levenskwaliteit in dorpen en steden.
28-03-2023,
Bron: BNA
De biodiversiteit loopt hard achteruit. Wereldwijd daalt het aantal (wilde) bijen, vlinders, zweefvliegen en andere bestuivende insecten. Nederland slaat wat dat betreft relatief een slecht figuur. Van de 360 soorten bijen in Nederland dreigt meer dan de helft te verdwijnen. Overheden moeten dus aan de bak, met serieus beleid. 'Een beleidsstuk met de opmerking dat we gaan werken aan biodiversiteit, daar kun je niks mee. Daar zit ook de grootste uitdaging: hoe ga je nu beleid vertalen naar concrete acties? Naar verordeningen binnen die wetgeving zodat een wethouder of volgende wethouder of gemeenteraad niet kan zeggen: dat gaan we toch niet doen.’ Dat zegt Eddy Schabbink van IPC Groene Ruimte. Hij pleit ervoor dat gemeentelijke overheden veel meer samenwerken, niet alleen intern, maar ook met waterschappen, woningcorporaties en provincies. Een positieve ontwikkeling is volgens Schabbink dat vanuit de rijksoverheid is aangegeven dat bodem en water sturend zijn. Gemeenten moeten minder sectoraal werken om de biodiversiteit te kunnen verhogen. Ook moet biodiversiteit in de omgevingsplannen en verordeningen verankerd worden. Meer weten over hoe je als gemeente de biodiversiteit kan versterken? Het boekje ‘Aan de slag met … Biodiversiteit’ van IPC Groene Ruimte, Vereniging Stadswerk en Stichting Steenbreek biedt concrete handvatten voor gemeenten om de biodiversiteit te versterken.
In een brief aan minister De Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening onderstreept het College van Rijksadviseurs een aantal punten uit de Ruimtelijke Verkenning 2023 van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Deze punten zijn van groot belang voor de nieuwe Nota Ruimte. Volgens het College zijn er geen makkelijke oplossingen meer. “Bodem en water sturend” biedt houvast voor keuzes in stad en land; de tijd van vraaggestuurde netwerkontwikkeling is voorbij en de transitie naar een circulaire economie lukt niet zonder ruimtelijke sturing. Daarnaast zijn de scenario’s bij uitstek startpunt voor een breed gesprek met de samenleving over de toekomst van ons land. Ook roept het College op om met de Nota Ruimte verbinding te leggen tussen transities en een Gebiedsfonds voor integrale oplossingen te maken. En tenslotte is het ijkjaar 2050 voor een aantal fundamentele vraagstukken volgens het College te dichtbij. Verder in de toekomst kijken is nodig om te weten waar kantelpunten ontstaan die de keuzeruimte van vandaag begrenzen en waar risico op desinvesteringen bestaat. In de Nota Ruimte wordt de toekomstige inrichting van Nederland vastgelegd. Het gaat daarbij om de ruimtelijke inpassing van opgaven op het gebied van wonen, bereikbaarheid, energie, economie, landbouw en natuur. Eind dit jaar moeten rijk en provincies hierover bestuurlijke afspraken maken. Die afspraken vormen de basis voor een nieuwe Nota Ruimte die in 2024 moet verschijnen.
Het kabinet moet snel regionale verschillen tegengaan. Er is de afgelopen jaren te veel nadruk gelegd op het economisch rendement en te weinig zicht gehouden op de gevolgen van beleid voor de samenleving. Dat schrijven de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli), de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) en de Raad voor het Openbaar bestuur (ROB). In het huidige rijksbeleid gaan investeringen vooral naar regio’s die al sterk zijn, schrijven de drie adviesraden in hun rapport ‘Elke regio telt! Een nieuwe aanpak van verschillen tussen regio’s’ dat is overhandigd aan minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De adviesraden schrijven dat door de beleidskeuzes een ‘spiraal van verschraling’ is ontstaan in sommige regio’s waaronder Zeeuws-Vlaanderen, de Kop van Noord-Holland, de Veenkoloniën, Twente en Parkstad Limburg. Volgens de adviesbureaus is in de getroffen regio’s al langere tijd sprake van forse achterstanden, zoals een lagere levensverwachting, slechter bereikbare banen of onderwijs. ‘Deze ongelijkheid is schadelijk voor het vertrouwen van mensen in de overheid en in onze democratie.’ De drie raden pleiten voor ander beleid waarin het zorgen voor brede welvaart overal in Nederland voorop staat. De Rijksoverheid zou bij de verdeling van gelden over de regio’s voortaan niet alleen economisch rendement moeten meenemen als richtlijn, maar ook de bredere maatschappelijke opbrengsten. Er moet in het hele land een basis van bereikbare voorzieningen beschikbaar zijn. “Dit hoeft niet overal in Nederland dezelfde basis te zijn, maar onderwijs, zorg, werk, cultuuraanbod en publieke ontmoetingsruimten moeten wel overal in Nederland bereikbaar en toegankelijk zijn voor mensen.”
Hoe zorg je dat gebouwen en hun omgeving bestand zijn tegen overstromingen, wateroverlast, droogte, hitte, biodiversiteit en bodemdaling? Met de 'Maatlat voor een klimaatadaptieve groene Gebouwde Omgeving’ geeft het kabinet overheden en de bouwsector duidelijkheid over hoe ze moeten bouwen in het veranderende klimaat. Op 23 maart stuurden minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening), minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) en minister Van der Wal (Natuur en Stikstof) de maatlat naar de Tweede Kamer. De maatlat maakt duidelijk wat klimaatadaptief bouwen en inrichten inhoudt en werkt toe naar een minder vrijblijvende aanpak. Bouwen op een manier die berekend is op het toekomstige klimaat, zorgt immers dat we ook in de toekomst in een veilige, gezonde én groene omgeving kunnen blijven wonen en werken. De Maatlat Klimaatadaptieve Groene Gebouwde Omgeving is nu nog niet wettelijk verplicht. In het voorjaar start het Rijk met het verkennen van de mogelijkheden voor juridische borging. Voor nu geeft de maatlat duidelijkheid over wat er van nieuwbouw verwacht wordt op het gebied van klimaatadaptief bouwen en inrichten. De overheid vraagt om de maatlat al zo veel mogelijk toe te passen bij bouwplannen.
28-03-2023,
Bron: Rijksoverheid.nl
Dat het onderwerp industriële woningbouw leeft binnen de wereld van gebiedsontwikkelaars en ontwerpers, blijkt uit twee publicaties die in februari binnen het bestek van een week verschenen. In de eerste presenteert stedenbouwkundige Frits Palmboom in opdracht van de Federatie Ruimtelijke Kwaliteit en het College van Rijksadviseurs een stedenbouwkundig kader. Dat kader moet helpen om woningen die in de fabriek worden gebouwd, verantwoord op locatie te laten landen. Palmboom was de afgelopen tijd betrokken bij het project Bouwstroom, waarbij een aantal Noord-Hollandse woningcorporaties bouwers uitdaagden om met concepten voor deze bouwvorm te komen. Op basis van dat ‘kijkje in de keuken’ schreef Palmboom zijn verhaal. Ook het Lente-akkoord 2.0 en het Netwerk Conceptueel Bouwen bogen zich inmiddels over dit onderwerp en publiceerden ‘Welstand en industrieel bouwen: 5 interviews met marktpartijen’. Beide verbanden doen ook mee in het project ‘Ruimtelijke Kwaliteit bij Fabrieksmatige Woningbouw’ van het ministerie van BZK, dat uiteindelijk eind 2023 moet uitmonden in een ‘Ruimtelijk kwaliteitskader’. Dat kader geeft aan waar fabrieksmatige woningbouw aan moet voldoen, in ruimtelijk opzicht. Het kader kan vervolgens op het niveau van gemeenten, gebiedsontwikkelingen en woningbouwprojecten vertaald worden in concrete uitvoeringsplannen. Kees de Graaf over : Hoe we industrieel kunnen bouwen mét ruimtelijke kwaliteit.
28-03-2023,
Bron: Gebiedsontwikkeling.nu
“De zes kerninstrumenten van de Omgevingswet nodigen niet alleen uit om vanaf het begin samenhang in de fysieke leefomgeving te realiseren, maar dwingen tegelijkertijd om dat te doen. Zowel op lokaal als regionaal niveau. Bijvoorbeeld wat betreft de woningbouwopgave en de energietransitie. Samenhang was al niet te negeren. Maar als je nu aan het begin van een besluitvormingsproces met deze werkwijze begint, krijg je al tijdens de rit zicht op eventuele problemen. En past het dan niet? Dan word je direct gedwongen om keuzes te maken. De Omgevingswet drukt een professional eerder met de neus op de feiten.” Dat zegt Co Verdaas, hoogleraar Gebiedsontwikkeling aan de Technische Universiteit Delft. De Omgevingswet treedt na jaren van uitstel vanaf 1 januari 2024 in werking. De Eerste Kamer gaf eerder deze maand groen licht voor de invoering van de wet. TU Delft-hoogleraren Marlon Boeve (Omgevingsrecht) en Co Verdaas (Gebiedsontwikkeling) geven aan dat het goed is dat er nu eindelijk duidelijkheid is. Ze kijken uit naar de ontdekkingstocht. Jasper Monster sprak met de twee hoogleraren.
28-03-2023,
Bron: Gebiedsontwikkeling.nu
Eind 2021 heeft het kabinet in haar regeerakkoord het voornemen uitgesproken de creatieve industrie te betrekken bij het werken aan maatschappelijke opgaven. De verantwoordelijk staatssecretaris, Gunay Uslu, heeft dit vervolgens in haar beleidsplan verder uitgewerkt en onderstreept met het voornemen een programma te lanceren dat de impact van ontwerpende aanpakken op maatschappelijke opgaven zal vergroten. Er is 9 miljoen beschikbaar gesteld voor een programma dat 3 jaar gaat lopen. De afgelopen periode heeft Click.NL op verschillende locaties in Nederland dialoogsessies georganiseerd. Drie verkennende sessies rondom spanningen in samenwerkingen en drie themasessies over impact, waarden en participatie. Eén van de belangrijkste bevindingen van deze fase is dat er een sterke behoefte is om een geschikte taal en een passend vocabulaire te vinden. Want wat is ontwerp eigenlijk en wie voelt zich aangesproken? Wie identificeert zich als kunstenaar, ontwerper of maker? Wat is impact en wanneer bereiken we dat? En wat verstaan we onder een creatieve industrie? Is dat überhaupt een term die we moeten gebruiken? Uslu roemt het empathisch vermogen van ontwerpers. “Wij merkten daarin wel wat selectieve empathie op. Er is veel liefde voor de eindgebruiker maar weinig écht begrip voor de ambtenaar en zijn context. Ook troffen we een creatieve sector aan die graag en met gemak allerlei spraakmakende voorbeelden voortbrengt, maar die toch ook veel moeite heeft om haar meerwaarde kenbaar te maken. En daarmee ook een sector die moeite heeft om, met behulp van overtuigende voorbeelden en een helder verhaal, de beslissers te overtuigen van haar meerwaarde. Tegelijkertijd weten publieke organisaties vaak onvoldoende ruimte te organiseren voor een ontwerpende aanpak. Vanuit fundamentele verschillen, en daaruit voortkomende spanningen en onbegrip, lukt het vaak niet om een ontwerpende aanpak structureel te faciliteren en accommoderen. Dit staat het realiseren van de potentie ervan in de weg.” ClickNL is penvoerder van deze pilot en werkt daarin samen met het ministerie van OCW, het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, Regieorgaan SIA, de Federatie Creatieve Industrie en het Topteam Creatieve Industrie. Daarnaast worden onder meer de Sociaal Creatieve Raad en het College van Rijksadviseurs betrokken. Het ministerie van OCW heeft €9 miljoen gereserveerd voor een programma om de impact van een ontwerpende aanpak op maatschappelijke opgaven te versterken.
Rewinding Internationalism is een tentoonstelling in het Eindhovense Van Abbemuseum over ontwikkelingen, ideeën en verhalen uit de jaren 90. En over hoe deze doorwerken in de wereld van vandaag. Het einde van de Koude Oorlog, de AIDS pandemie en de toenemende globalisering zorgden voor enorme veranderingen, ook in de kunst. Wat is er gebeurd met de vragen en de ervaringen van toen? De onderzoekstentoonstelling bevat beeld- en geluidsmateriaal van vroeger en van nu, archiefmateriaal en recent gemaakt werk. De curatoren, collectieven en kunstenaars die de tentoonstelling hebben samengesteld, nodigen je uit ‘terug te spoelen’ naar momenten uit de jaren 90 en je daarop te bezinnen vanuit het perspectief van vandaag. Voor de tentoonstelling worden vijf nieuwe kunstwerken gemaakt waaronder door Lubaina Himid en Magda Stawarska, Didem Pekün en susan pui san lok / lok pui san. De tentoonstelling vloeit mede voort uit samenwerking binnen de museumconfederatie L’Internationale waar het Van Abbemuseum deel van uitmaakt. Eli Witteman bekeek de expositie voor Metropolis M en blikt terug op de roerige tijd en de verschillende invullingen die het museum aan het gedachtegoed van dat decennium probeert te geven.
28-03-2023,
Bron: Metropolis M
De Nederlandse vocalist, componist en tekstdichter Fleurine, voorzitter van BiMpro/Kunstenbond, werd onlangs benoemd tot President van Voice for Jazz Musicians Europe (VJME), het Europese verbond van Jazzmusici. Fleurine is sinds 2021 voorzitter van de Beroepsvereniging van Improviserende Musici (BiMpro). In 2022 sloot BiMpro zich onder haar leiding aan bij de Kunstenbond. De beroepsvereniging en de vakbond bundelen sindsdien de krachten voor een sterker geluid voor jazz- world- en impromusici in Nederland. Fleurine laat zich gelden als voorvechter van gendergelijkheid, diversiteit en inclusie en streeft onder meer naar meer gelijkwaardige representatie van (werk van) vrouwen in het Europese jazzlandschap. In maart 2023 organiseerde Fleurine voor BiMpro/Kunstenbond de historische eerste editie van Women in Jazz NL in het Bimhuis. Ten overstaan van meer dan honderd vrouwelijke musici presenteerde ze de actuele Europese cijfers rond inclusie in de jazz. Naar aanleiding van deze cijfers maakte ze een dag later, op internationale vrouwendag, haar plannen bekend voor een Female Voice Quota: oftewel, een richtlijn voor podia, boekers en magazines om voortaan een aandeel van minstens 20% vrouwelijke makers een podium te bieden. “We kunnen nog niet streven naar absolute gelijkheid omdat maar éénvijfde tot een kwart van alle jazzmusici vrouw is, inclusief studenten. Maar we moeten wel strijden voor een gelijkwaardigere werkgelegenheid, en 20% moet voor iedereen haalbaar zijn”, aldus Fleurine. Vakorganisaties van jazzmusici uit twaalf landen maken deel uit van de Voice of Jazz Musicians Europe (VJME), waaronder ook BiMpro en de Kunstenbond. Als kersverse voorzitter van VJME streeft Fleurine ernaar het quotum van 20% (werk van) vrouwelijke jazzartiesten ook op Europees niveau door te voeren. Als eerste vrouwelijke voorzitter in 50 jaar BiMpro maakte Fleurine direct na haar aantreden een statement door een bestuur te vormen dat voor de helft uit vrouwen bestaat, terwijl de ledenpopulatie van BiMpro destijds slechts 10 % vrouw was. Sindsdien is het aandeel vrouwelijke musici binnen de vereniging met 300% toegenomen, terwijl het totale ledental verdubbelde in minder dan 2 jaar. Een resultaat waaruit blijkt dat het sturen op diversiteit zijn vruchten afwerpt.
28-03-2023,
Bron: Kunstenbond
Sinds 2015 vraagt Cultuurmarketing jaarlijks naar het marketingbudget van de organisaties waar de respondenten werken. Deze budgetten zijn gecategoriseerd in klein (€0 – €9.999), middel (€10.000 – €99.999) en groot (€100.000 of meer). 530 respondenten werkzaam in de culturele sector beantwoordden in oktober 2022 de enquêtevragen. 47% van de respondenten geeft aan inzicht te hebben in het marketingbudget en was bereid om daar vragen over te beantwoorden. De marketingbudgetten in 2022 waren uitleenlopend; 36% van de respondenten beschikt over een groot budget, 11,3% over een laag budget en 48,7% over een gemiddeld budget. De marketingbudgetten binnen de culturele sector stijgen en bereiken langzaam het niveau van voor de coronacrisis. Artikel 4 in het kader van het jaarlijkse Cultuurmarketing onderzoek naar de actuele staat van het cultuurmarketing vakgebied.
28-03-2023,
Bron: Cultuurmarketing
Op initiatief van Cultuurmarketing en Platform ACCT werkt een groep van 12 zzp’ers en opdrachtgevers aan het ontwikkelen van richtlijntarieven voor freelance marketing en communicatiewerkzaamheden. Een update.
28-03-2023,
Bron: Cultuurmarketing
Huug de Deugd, enig lid en voorzitter van het College van Bestuur van de Hogeschool der Kunsten in Den Haag, heeft directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten (KABK) Ranti Tjan op 21 februari j.l. schriftelijk bekendgemaakt zijn arbeidsovereenkomst te willen ontbinden vanwege „een duurzaam verstoorde arbeidsrelatie.” In het vertrouwelijke „voorstel tot beëindigingsovereenkomst” - in bezit van NRC - schrijft De Deugd dat hij Tjans arbeidsovereenkomst na overleg met de Raad van Toezicht op 1 juni a.s. of al eerder wil beëindigen. Tjan heeft een ontslagvergoeding van 40.000 euro aangeboden gekregen; dat bedrag zal worden verhoogd met 10.000 euro voor iedere maand dat Tjan eerder vertrekt. Tekent Tjan de overeenkomst dan is hij verplicht niet in de openbaarheid te treden over de redenen en details van zijn ontslag, aldus De Deugd in de beëindigingsovereenkomst. Tjan heeft dat op 27 maart wél gedaan; hij heeft alle studenten en docenten van de KABK schriftelijk laten weten dat het College van Bestuur en de Raad van Toezicht hem willen ontslaan. In een telefonische reactie zegt hij: „Toen ik aantrad op de KABK in de zomer van 2022 hing hier een sfeer van wantrouwen, onzekerheid en angst. Ik heb geprobeerd rust, transparantie en open discussie terug te krijgen. De ondertekening van deze beëindigingsovereenkomst past niet in de manier waarop ik hier leiding geef.” Inzet van het arbeidsconflict is o.a. de governance-structuur van de hogeschool. Tot augustus 2022 vormden de twee directeuren van het Koninklijk Conservatorium en de KABK in principe samen het College van Bestuur. Maar door het vroegtijdige vertrek van interim-directeur Paul van Maanen in juni 2021, was Henk van der Meulen, directeur van het conservatorium ook voorzitter van het College van Bestuur. Die structuur werd losgelaten toen onderzoek naar het functioneren van oud-directeur Marieke Schoenmakers uitwees dat het onwenselijk was beide functies te combineren. Daarop trad op 1 september 2022 Huug de Deugd aan als nieuwe voorzitter van het college en dus als enige bestuurder. Die opzet met één persoon op zo’n cruciale positie botst met de „diverse en inclusieve koers van de KABK”, aldus Tjan in zijn brief aan de studenten en docenten van de academie. De huidige constructie, zegt Tjan, maakt het mogelijk „iedereen te ontslaan die van mening verschilt met het College van Bestuur.” Tjan zegt ook dat er door De Deugd „geen argument is gegeven waarom een driekoppig bestuur onmogelijk zou zijn.” In plaats daarvan zegt hij geconfronteerd te zijn met budgetkortingen, verdubbeling van kosten van het Centrale Bureau – een nieuwe managementlaag - en de vraag wie de kwestie afhandelt met de in september 2022 wegens seksueel overschrijdend. gedrag ontslagen docent Pim V. Een petitie voor het aanblijven van Tjan is direct ondertekend door bijna 800 (ex-)studenten en docenten van de KABK.
28-03-2023,
Bron: NRC
Veronie Snijder-Kramer van boekhandel Kramer wordt geïnterviewd in de rubriek ‘Boekenraad’ van de Volkskrant. Op de vraag of de Boekenweek goed verlopen was, antwoordt Snijder-Kramer: “Ja, al zou ik het toejuichen als de NS weer het vrije treinkaartje zou weggeven in de Boekenweek. Dat maakte dat mensen die niet veel lezen toch naar de boekhandel kwamen en een boek kochten. In eerste instantie om vrij te reizen maar ik hoopte dan dat ze ook zouden inzien dat lezen leuk is. De trein is bij uitstek geschikt om een boek te lezen dus het paste er ook helemaal bij.” Boekblad meldt dat er 40.000 boeken minder verkocht zijn dan in de Boekenweek van vorig jaar. Job Jan Altena van de CPNB vindt het nog te vroeg om conclusies te trekken. Hij zegt : “Het is een ongelooflijke teleurstelling. Dit is niet waar we het voor doen. De CPNB niet, en alle boekhandelaren, bibliothecarissen, uitgevers en schrijvers niet, die allemaal hun uiterste best hebben gedaan om van de week een succes te maken.”.
28-03-2023,
Bron: Tzum
Creativiteit is relevant voor het functioneren op de werkvloer, op school en als mens. De rol van creatieve vermogens in het toekomstige werk lijkt te groeien. In een whitepaper geeft LKCA een onderbouwing voor het belang van creatief vermogen voor mbo-studenten. Besteedt de mbo-sector voldoende aandacht aan de ontwikkeling van creatieve vermogens van studenten? En wat is de rol van kunst en cultuur daarbij? Het literatuuronderzoek is uitgevoerd door Onderwijs124 in opdracht van LKCA.
Voor interne cultuurcoördinatoren (icc’ers) die bezig zijn met een beleidsplan voor cultuuronderwijs, is er nu een geüpdatete versie van het Kompas Cultuuronderwijs. Daarmee kun je als team de culturele activiteiten van je school in kaart brengen. Ook kun je alle activiteiten op en buiten school verzamelen en ordenen over de verschillende kunstdisciplines, erfgoed en projecten, voor de verschillende groepen. Het Kompas Cultuuronderwijs kun je op twee momenten inzetten: om een beeld te krijgen van de bestaande situatie of van de gewenste situatie. Het kompas kan dus als hulpmiddel worden gebruikt bij het ontwikkelen van je visie, door de vlakken te gebruiken als beeld voor de situatie die in de komende jaren moet worden gerealiseerd. Als je die fase hebt uitgewerkt, fotografeer je het kompas. Daarna vul je het kompas nog een keer in met de bestaande situatie. Ook daar maak je een foto van. Natuurlijk kun je ook andersom werken. Als je beide foto’s naast elkaar legt, heb je in feite het fundament voor je beleidsplan cultuuronderwijs. Op de ene foto staat immers waar je nu staat en op de andere de situatie waar je naartoe wilt. Het beleidsplan moet beide situaties met elkaar verbinden. Als je samen met collega’s die beelden hebt gemaakt, is het vervolgens de taak van de cultuurcoördinator om die beelden te verwoorden in een visie en beleidsplan.
Om ervoor te zorgen dat elke leerling goed leert lezen, schrijven en rekenen, komt er extra hulp en geld voor scholen. Minister Dennis Wiersma (primair en voortgezet onderwijs) trekt de komende twee schooljaren in totaal € 664 miljoen uit voor verbetering van de basisvaardigheden. Dat betekent een extra investering van € 108 miljoen per jaar. Hiermee bereikt de aanpak meer scholen, en dus veel meer kinderen. Samen met schoolleiders, leraren, ondersteuners en iedereen die in het onderwijs actief is, zet minister Wiersma vol in op het verbeteren van de basisvaardigheden van leerlingen. Naast lezen, schrijven en rekenen en wiskunde gaat het daarbij ook om digitale vaardigheden en burgerschap. Met het budget komen ongeveer 2.200 scholen in het basisonderwijs en voortgezet onderwijs in aanmerking voor hulp bij het verbeteren van de basisvaardigheden. Het gaat dan om ruim 650.000 leerlingen. Het geld gaat in eerste instantie naar scholen die dat het hardst nodig hebben. Gegevens van de Inspectie van het Onderwijs en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zijn daarbij leidend. Scholen die meedoen ontvangen € 500 per leerling per jaar. Dat geld moet worden besteed aan bewezen effectieve oplossingen, zoals extra lessen in kleinere groepjes, stimuleren van lezen, bijscholing van leraren of nieuwe lesmethodes. Scholen kunnen de subsidie verbetering basisvaardigheden 2023 vanaf 27 maart 2023 aanvragen. Dat loopt via DUS-I, Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen. De aanvraagperiode sluit 14 april 2023. Uiterlijk 21 april 2023 horen scholen of ze in aanmerking komen, waarna het geld in de loop van juni 2023 wordt uitgekeerd.
28-03-2023,
Bron: Rijksoverheid.nl
De Buma Kindermuziekprijs 2023 gaat naar Ernst, Bobbie en de rest: een Nederlandse kinderserie over de twee vrienden Ernst en Bobbie, die dit jaar hun 25-jarig jubileum vieren. Het kinderentertainmentduo wordt gevormd door Erik van Trommel (Ernst) en Gert-Jan van den Ende (Bobbie) die verantwoordelijk zijn voor alle teksten en liedjes. Ernst, Bobbie en de rest is al vele jaren een succesvolle formule voor kinderen op televisie, in het theater en in de bioscoop. De kinderserie werd in 1998 voor het eerst uitgezonden op Kindernet. Later was de serie ook te zien op Fox Kids, Jetix, Net5 en RTL Telekids. De Buma Kindermuziekprijs is onderdeel van de afsluiting van de kindermuziekweek in het Willem Wilmink theater in Enschede op 3 april. BUMA Cultuur onderschrijft het belang van muziekonderwijs, maar ook dat de makers van kindermuziek worden geëerd voor hun bijdrage aan de ontwikkeling en welzijn van kinderen. Buma Cultuur heeft daarom het initiatief genomen om jaarlijks de Buma Kindermuziekprijs uit te reiken. De prijs gaat naar een componist-muzikant die zich gedurende een langere periode met ziel en zaligheid heeft ingezet om de jongste generatie te bereiken met muziek. De Buma Kindermuziekprijs benadrukt het belang van muziek voor de allerjongsten. Ook biedt het de makers (die vaak op de achtergrond kinderen verwonderen) verblijden en emotioneren, nu jaarlijks een podium.
28-03-2023,
Bron: BUMA Cultuur
Een voorleesboek dat kinderen laat proeven van blaasmuziek en het plezier van samen muziek maken. Het verhaal wordt versterkt door maar liefst dertien geluidsfragmenten (via QR-code), die de sfeer van het verhaal weergeven. Een project van mensen van muziekvereniging St. Cecilia in Zijtaart illustratoren Suzanne van der Heijden, Fried van Otterdijk en Daniëlle Verhoeven en schrijver Anke Verweijen naar een idee van Marian Habraken. Op 1 april worden onder leiding van dirigent Albert John Vervorst met zeven muzikanten bij LEF studio’s Uden de muziekfragmenten opgenomen. Dit dankzij sponsoring door Phoenix Cultuur en Beat it Muziekeducatie.
28-03-2023,
Bron: Eindhovens Dagblad
De Roosendaal Music Academy is een initiatief van de jonge drumdocent Pim Aarden (23). In de korte bestaansperiode groeide de muziekschool explosief van 8 naar 110 leerlingen en komen er maandelijks gemiddeld acht nieuwe inschrijvingen bij. ,,Deze groei overrompelt mij ook’’, geeft de jonge docent toe. Hij schrijft de explosieve groei toe aan het feit dat er in Roosendaal geen gemeenschappelijke muziekschool meer is: ,,Ik ben in dat gat gedoken. Bovendien is popmuziek populair.’ Aarden vertelt dat hij gedurende zijn studie aan het Rotterdams conservatorium al verschillende jonge drummers les gaf. ,,Via Sjors Sportief & Creatief verzorgde ik workshops op basisscholen. Daardoor kreeg ik kinderen op les. De lessen gaf ik in mijn oefenruimte in het Atik Stadion. Ik oefende hier voor optredens met onder meer Bente en Maxime. Daarnaast wilde ik als ondernemer, mede door de ervaringen tijdens corona, iets voor mezelf opstarten. Ik benaderde medestudenten, waardoor we ook zang-, saxofoon-, piano-, gitaar- en zanglessen konden geven. Binnen no time hadden we de eerste 50 leerlingen.’’ Het succes van zijn school schrijft Aarden toe aan het enthousiasme van een ploeg hele jonge docenten. Aarden vertelt dat de school leerlingen in alle leeftijden heeft: ,,Van piepjong tot 50-plussers. Het merendeel bestaat momenteel echter nog wel uit jeugd.’ Aarden geeft toe dat de muzieklessen prijzig zijn: ,,Muzieklessen zijn duur. Dat geldt ook op gemeentelijke muziekscholen. Er komt namelijk veel kijken bij het geven van muziekles. Zoals aanschaf en onderhoud van instrumenten, de huur van de ruimten, voorbereiding en administratie. Voor wie het lastig is om lessen te betalen kan het Jeugdfonds Sport& Cultuur helpen.’’
28-03-2023,
Bron: BN De Stem
Community Art is een Bests kunstproject dat mensen in wijken met elkaar verbindt. Na Wilhelminadorp en Naastenbest is Leemkuilen aan de beurt. De bewoners zijn nu al enthousiast, terwijl er nog geen kunstwerk te bekennen valt. ,Ze willen zo graag hun verhalen delen met elkaar en de andere inwoners van Best”, vertelt Evie Sparidaens. Zij werkt samen met Sjoerd Geerts bij Tante Netty, een sociaal projectbureau dat jonge kunstenaars voor dit soort projecten inzet. ,,Eigenlijk gaat het bij dit soort projecten niet eens zozeer om het kunstwerk maar veel meer om hetgeen er omheen gebeurt. Doordat wij heel regelmatig de wijk ingaan en bewoners betrekken bij het proces, begint die onderlinge verbinding meteen al te groeien”, aldus Sparidaens. Waarom Leemkuilen? Goedele Wellens, cultuurcoach bij ‘Tuurlijk: ,,We zochten naar een wijk die aandacht verdient. Evie vertelde na een fietstocht dat Leemkuilen bij haar was blijven hangen omdat die wijk volgens haar wel wat kleur kon gebruiken. Stomtoevallig stelde wethouder Van der Heijden, na een gesprek met mij, ook de Leemkuilen voor.” Via buurtcoach Bianca den Harink van LEV kwam Sparidaens in de Huiskamer in Leemkuilen terecht, waar onder andere de Actieve Vrouwengroep samenkomt. Ze legde zo contact met bewoners en hoorde hun verhalen, leerde hun culturen kennen. ,,Ik verzamel de verhalen en Sjoerd ontwerpt op basis daarvan de kunstwerken.” Er wordt ook nagedacht over het maken van een ‘mobiele ontmoetingsplaats’ voor de bewoners. Daarnaast worden er videoportretten opgenomen waarin de bewoners hun verhaal vertellen.
28-03-2023,
Bron: Eindhovens Dagblad
Wat is jouw interpretatie van Rembrandts De Nachtwacht? Die vraag kregen totaal uiteenlopende Eindhovense inwoners die creatief bezig zijn. In een samenwerking tussen CKE, HK1, centrum voor creativiteit en ontwikkeling, een onderdeel van Neos, en het Van Abbemuseum maakten meer dan negentig deelnemers beeldend werk. Vanaf 24 maart is er een expositie in het Van Abbemuseum. Mensen kunnen naar het HK1 om creatief bezig te zijn en voor sociale contacten; dagbesteding op een laagdrempelige manier. Simone Vos sprak met betrokkenen, o.m. deelnemers van HK1.
28-03-2023,
Bron: Eindhovens Dagblad
Een nieuw hiphopfestival, daar is behoefte aan na het vertrek van Woo Hah! Dat dacht Dirk Stolk, programmeur bij Het Moment, dat tijdens de kermis in Tilburg voor het eerst plaatsvindt. De kaartverkoop lijkt zijn gelijk te bewijzen. ,,Binnen een minuutje of zo waren de Super Early Bird Ticktets al uitverkocht, mensen hadden blijkbaar hun wekker gezet”, vertelt Stolk. ,,En ook de normale Early Bird Tickets waren binnen een dag uitverkocht, echt bizar.” (…),,Ook de reguliere verkoop loopt tot nu toe gestaag door. Het ziet er dus wel naar uit dat we het festival gaan uitverkopen. Fantastisch.” Op dit moment is een derde van de tickets verkocht. Stolk begrijpt de vergelijking met Woo Hah! wel, al is Het Moment wel van een andere orde. ,,Wij zijn geen vervanger. We hebben een hele andere visie waarbij we nu bijvoorbeeld kiezen voor artiesten uit de Benelux. Woo Hah! denkt wat internationaler. Al sluit ik niet uit dat dit bij ons in de toekomst ook nog komt als we door kunnen gaan.” De reden dat Stolk kiest voor artiesten uit de Benelux is enerzijds omdat deze wat makkelijker benaderbaar zijn. ,,Maar ook omdat we als organisatie liefhebbers zijn van Nederlandstalige hiphop, dus daar ligt ook ons hart.” Over de vergelijking met andere festivals maakt Stolk zich geen zorgen, wel speelt in zijn hoofd een andere gedachte. ,,Ik vraag me af of iedereen weet dat het festival tijdens de Tilburgse kermis is. Dat heb ik niet overal vermeld gezien. En zeker de helft van de verkochte tickets tot nu toe zijn gekocht door mensen buiten Tilburg.”
28-03-2023,
Bron: Brabants Dagblad
Voor de jeugd valt er in Breda maar weinig te feesten, vindt William Watts van ONSTAGE Experience & Bar. Hij ziet kansen en houdt op 31 maart een frisfeest FISSA076. Tijdens een onderzoek van ONSTAGE kwam Watts erachter dat jongeren in Breda momenteel nergens terecht kunnen. ,,De jongere jeugd verdient het net zo goed om meer te kunnen doen dan huisfeesten bezoeken, maar er zijn ook gevaren. De uitgaans- en festivalwereld is een plek vol drank, drugs en seks. Je kunt als ouders doen alsof het er niet is, of je kunt je kind op een veilige manier eerst kennis laten maken met dit wereldje, voordat ze echt de stad in gaan. We laten hier zien dat het met frisdrank ook erg leuk kan zijn.” Om de jongeren toch zo veel mogelijk naar ONSTAGE te trekken, treedt tijdens FISSA076 TikTokker en influencer Joyliana op. In haar voorprogramma verschijnen verschillende beginnende dj’s van de DJ-school. Het is voor ONSTAGE belangrijk dat iedereen het podium kan pakken. Hoewel ONSTAGE tijdens FISSA076 wordt omgetoverd tot een echte club, kun je er normaal een kijkje nemen in het leven van een wereldberoemde dj. Je kiest je eigen dj-naam, krijgt een backstagebandje en kiest je ‘rider’, een gepersonaliseerd welkomstpakket met drankjes en snacks die alle profs ook hebben. Je maakt er zelf muziek, en treed ook op in een simulatie. Van de hoogtepunten worden foto’s gemaakt om later terug te kijken.
28-03-2023,
Bron: BN De Stem
Bezoekers, artiesten en crew kunnen gebruik maken van genderneutrale toiletten bij 013, meldt het Tilburgse poppodium. Het enige wat bij die toiletten wordt aangeduid, is het type: zit en/of staand. Het gaat om de toiletten in de foyer van de Main en de basement van de Next. ‘We willen er voor iedereen zijn’, meldt directeur-bestuurder Frens Frijns. ‘Dat is een ambitieuze opdracht, maar toch moet dat volgens ons het streven zijn. Door nu in beide zalen genderinclusieve toiletten beschikbaar te maken, geven we gehoor aan het deel van onze bezoekers die zich niet als man of vrouw identificeren.’ Volgens Frijns is dit een belangrijke stap geweest om ervoor te zorgen dat iedereen zich prettig en veilig voelt bij het poppodium. In de Main worden sommige toiletten voorlopig nog wel aangeduid als man- en vrouwentoilet. Frijns: ‘Dat heeft te maken met de druk op bepaalde toiletgroepen tijdens uitverkochte concerten.’ Het poppodium inventariseert de komende tijd de ervaringen van mensen. Op basis daarvan worden waar nodig meerdere aanpassingen toegepast, zoals bewegwijzering et cetera, aldus Frijns.
28-03-2023,
Bron: Brabants Dagblad
In het Amphia ziekenhuis in Breda is op 26 maart de ConnecTable onthuld, van de Zundertse beeldend kunstenaar Elodie Zwart. Zwarts kunstwerk is een variant op het bekende puzzeltje waarmee je door het verschuiven van steeds een blokje een patroon moet vormen. Maar dan formaatje eettafel. De kloeke blokken zijn van verschillende kleuren en met de hand gemaakt van hars. ,,Het was een bijzondere reis van een half jaar, die nu eindigt in het Amphia’’, zei Zwart bij de presentatie. ,,De inspiratie komt uit de verschillen tussen mensen. Die kunnen ook verbindend werken. Ik ben blij dat ze het hier omarmen.’’ ,,Als Amphia zijn we heel dankbaar met dit werk’’, legt Ivo Vergouwen uit. Hij nam als lid van de Raad van Bestuur van het Amphia de ConnecTable in ontvangst. ,Als ziekenhuis willen we een prettige omgeving zijn voor patiënten en medewerkers. Dat helpt echt in het genezingsproces.’’ Volgens Vergouwen draagt dit werk daartoe bij. ,,Het staat ook symbool voor contact, nadat we een paar jaar door corona niet dicht bij elkaar konden komen.’’ Ook de Bredase cultuurwethouder Marike de Nobel was aanwezig. ,,Een jaar geleden, ik was net een week wethouder, mocht ik jou, Elodie, de Atelierprijs van de gemeente uitreiken. En nu staan we hier bij jouw werk.’’ De Atelierprijs is een bekroning en aanmoediging voor veelbelovende beginnende kunstenaars. De prijs: een jaar lang atelierruimte bij Electron. Daar werd Zwart begeleid door KOP, het Kunstenaars Ontwikkel Platform, als een kickstarter voor hun carrière. Zwart : “Ik ben heel blij met de steun van de gemeente en KOP. Dit is mijn eerste grote opdracht. Die ben ik eerst gaan begrijpen, daarna heb ik een concept bedacht. Ik dacht eerst even aan iets met eten, later kwam ik uit op het spelelement. Ik heb de tafel eerst een paar maanden op verschillende plekken getest. Het doel van de ConnecTable is verbinding, dat mensen het samen gaan spelen en zo met elkaar in contact komen. Maar je kunt het ook in je eentje doen, het blijkt heel rustgevend. Dat had ik eigenlijk helemaal niet voorzien. Dus is het ook heel geschikt voor patiënten in het ziekenhuis, om even de gedachten te verzetten. Veel mensen hier zijn overprikkeld, dan is zo’n rustgevend spel wel even welkom.’’ Het werk blijft voor 3 maanden in het ziekenhuis. Wellicht dat andere ziekenhuizen en scholen geïnteresseerd zijn. “De veteranenwereld heeft me al benaderd. Het spel kan ook helpen bij mensen die door stress niet met hun emoties overweg kunnen.’’, aldus Zwart.
28-03-2023,
Bron: BN De Stem
De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) organiseert een reeks bijeenkomsten over kunst in de openbare ruimte. Bij iedere bijeenkomst worden actuele thema’s van verschillende kanten belicht. De invalshoeken variëren van technische, financiële, historische tot beleidsmatige kwesties. Tijdens de eerste platformbijeenkomst is er aandacht voor een casus waar deze verschillende aspecten een rol spelen. Ook is er ruimte om projecten of thema’s aan te dragen voor de volgende bijeenkomsten. Kunst in de openbare ruimte vormt een substantieel deel van ons cultureel erfgoed en staat relatief onbeschermd op straat. Betrokken professionals, beheerders en makers hebben aangegeven behoefte te hebben aan het uitwisselen van kennis en ervaringen. Daarom organiseert het RCE deze eerste interdisciplinaire platformbijeenkomst op 6 april in Amersfoort.
27-03-2023,
Bron: Cultureel Erfgoed
Inversie 3 is onlangs afgetrapt met zes talentvolle kunstenaars voor het nieuwe programma. De komende tien maanden zullen kunstenaars: Jesse Fischer, Froukje de Boer, Qiaochu Guo, Niels Roest, Isamo Thissen en Berendine Venemans, onder begeleiding van mentoren het Inversietraject ingaan. Inversie maakt deel uit van TalentHub Brabant.
27-03-2023,
Bron: TalentHub Brabant